Terwijl het leven even tot stilstand lijkt te komen, blijft de tornado van informatie wel doorrazen. Soms kan je door de bomen het bos niet meer zien, dan wordt het tijd om afstand te nemen en de puzzel te leggen.
Een medium is in deze tijden geen medium meer als het zich niet bezighoudt met COVID-19. In dit artikel: eindelijk eens een juist overzicht van de cijfers met fantastische contextualisering gebracht door prof. Hans Nauwynck (viroloog faculteit Diergeneeskunde) en prof. Bruno Verhasselt (diensthoofd medisch- en microbiologie).
Dood, levend en ergens daartussen in
Door de agressiviteit van het nieuwste coronavirus lijkt het overal te zijn: op de klinken, in het nieuws en in de lucht.
‘Zoveel nieuwe doden in Italië!’ ‘Immens veel nieuwe besmettingen in België’ ‘X-aantal patiënten zijn genezen of hebben het ziekenhuis verlaten.’
Echter, dat laatste was tot voor kort amper te vinden. De media overspoelen ons met negativiteit en ongecontextualiseerde cijfers. De enige zekere cijfers die er zijn, zijn de gevallen geregistreerd in een ziekenhuis. Dit zorgt ervoor dat het cijfer van de besmette en genezen mensen best wat hoger kan liggen. Op dit moment (27/3) zijn er in de ziekenhuizen 3.042 patiënten opgenomen. 858 daarvan zijn echter al volledig genezen verklaard en naar huis gestuurd, en dat is toch al wel een hoop meer dan dat je eerst zou denken, zeker als je dat cijfer plaatst tegenover de 289 mensen die zijn overleden. Je wil natuurlijk niet dat het jou of je grootouders zou overkomen, maar op basis van wereldwijde cijfers is de kans vrij klein dat een patiënt effectief sterft als die besmet geraakt met dit virus. De kans is wel groter voor mensen met onderliggend lijden, maar professor Nauwynck wijst ons erop dat dat niet enkel de meest voor de hand liggende ziektes zijn. "Het virus op zich is eigenlijk niet zo nefast, maar als je dat dan combineert met andere zaken, zoals een bijkomend virus, bacteriën, of soms zelfs irriterend stof, dan zie je een enorm explosief karakter." Professor Verhasselt geeft ook nog een ander broodnodig perspectief mee: “Net hetzelfde geldt voor influenza (griepvirussen red.). Er is nu veel aandacht voor COVID-19, maar eigenlijk sterven er elk jaar mensen in ons ziekenhuis van influenza of post-influenzacomplicaties, ook mensen die geen enkel onderliggend lijden hebben, en die jonger zijn dan 60 jaar. Dus als je nu paniekerig doet om deze epidemie, dan moet je je toch afvragen waarom je niet voor influenza gevaccineerd bent.”
It’s science, bitch
In de wereld van de wetenschap zijn coronavirussen ook bijna niet meer weg te denken. Elke week zie je wel een nieuwe update over een mogelijk vaccin dat er snel aan zit te komen. Dat is echter ijdele hoop. ‘Snel’ in wetenschapstermen betekent namelijk tussen de twee en de drie jaar, en dan spreken we al over zeer snel. Gemiddeld duurt de ontwikkeling van een vaccin tussen de vijf en tien jaar, tegen dan is deze pandemie al wel voorbij. Professor Nauwynck probeert dit uit te leggen: “Op dit moment is er een vaccin dat in fase 1 zit. Dat is nog ver van werkelijk gebruik. Ik vrees een beetje dat als men er nu aan begint, we met een populatie-immuniteit zitten voor er een vaccin bestaat. Dat neemt niet weg dat men sowieso moet proberen een vaccin te maken. Een vaccin voor dit coronavirus kan namelijk een opstap zijn naar een vaccin voor het volgende. In de tijd van SARS en nadien MERS (andere soorten coronavirus red.) is er massa’s geld in de ontwikkeling van antivirals gestoken, maar vijf jaar later krijg je geen fondsen meer om de studies af te werken. Zo zijn er heel wat vaccins die in de frigo zitten, die nooit afgewerkt zijn, en dat is spijtig want misschien konden sommigen van die producten nu gebruikt worden tegen dit type coronavirus.”
Maskertjes
Naast een vaccin zijn er natuurlijk nog wel enkele andere dingen die dit virus een beetje kunnen tegenhouden. Je wordt om de oren geslagen met 101 verschillende dingen die je kan doen. Onder andere mondmaskers dragen is een groot ding geworden, en niet enkel in China. Pas hier echter mee op, want niet alle mondmaskers beschermen effectief tegen besmetting.
"Als je nu paniekerig doet om deze epidemie, dan moet je je toch afvragen waarom je niet voor influenza gevaccineerd bent” - prof. Verhasselt
Er zijn duizenden verschillende soorten maskers op de markt. Hierin zit een enorme gradatie. Zo zijn er bijvoorbeeld labomaskers die zelfs viruspartikels kunnen tegenhouden. Aan het andere einde hebben we de meest gekende: de losse groene die je ziet op tv, maar die houden eigenlijk maar weinig tegen. “Wat je daarmee tegenhoudt, zijn enkel de hele grote druppels, maar als het echt een aerogeen virus is, dan hebben veel van die maskers onvoldoende waarde om die aerosollen tegen te gaan”, zegt Nauwyncks. Zelfgemaakte maskers zijn dus een enorm solidair initiatief, maar niet echt effectief. Prof. Verhasselt gaat hierop verder: “De zelfgemaakte maskers zijn voor een gevoel van veiligheid. Die worden gedragen door mensen die eigenlijk geen masker nodig hebben, maar die voelen zich daar dan psychologisch veiliger bij.”
Studenten aan het woord
Ook studenten willen zich psychologisch veilig voelen in deze bizarre tijden. De belangrijkste vraag was de volgende. Het antwoord krijgt u er gratis en voor niks bij.
Kan je besmet raken als je met vuile handen masturbeert?
Als je masturbeert, dan kan dat technisch gezien alleen als uw lichaamsdelen zouden beladen zijn met het virus. Maar de toegangsroute is via de slijmvliezen van de luchtwegen, niet via genitaliën. Nauwyncks verzekert ons dat we dus gerust mogen verder doen, maar niet beginnen uitwisselen! Vanaf een ander persoon in het spel komt, wordt het gevaarlijk. En zelfs als de nood toch te hoog wordt, moet je rekening houden met hoe het virus zich verspreidt. “Als je je van elkaar afwendt zit je veiliger dan als je in elkaar gezicht kijkt”, concludeert Verhasselt. We weten allemaal wat dat betekent: geheelonthouding tot het einde van de lockdown, stelletje ketters.
Reactie toevoegen