Ontsteltenis op de noordpool
De ijsberen hebben het verdomd lastig de laatste jaren. De planeet warmt op, de poolkappen smelten en er komen geen nieuwe boeken meer uit van Lars de Kleine IJsbeer. De nieuwste tegenslag spant echter de kroon: het penisbot van de ijsbeermannetjes wordt steeds dunner. Een Deens onderzoek brengt dit ijsbeerleed in verband met pcb’s, stoffen die tot 2001 vaak voorkwamen in lijm en verf. Die pcb’s worden afgebroken tot chloordeeltjes en door de wrede zuiderwind afgezet op de polen, waar ze de ijsberen een serieuze hak zetten. Of de brozere penis slechts voor imagoschade zorgt of ook echt een probleem vormt tijdens de voortplanting, is nog niet duidelijk. De onderzoekers konden overigens vrij eenvoudig ijsbeerpenissen bemachtigen en vergelijken, want Inuit-jagers nemen die vaak mee als trofee.
Consternatie in de ruimte
China’s eerste ruimtestation, Tiangong, zou op 1 april opbranden in de atmosfeer. Die dag viel dit jaar samen met paaszondag. Het was alsof het in de sterren geschreven stond: een neerstortend hemelpaleis als de ideale combinatie van de sérieux op Pasen en de onstuimigheid van 1 april. Helaas, het mocht niet zijn. Pas ruim twee uur na middernacht plonsden de weinige restanten neer in de Stille Oceaan. Berekeningen in de ruimte zijn normaal heel accuraat; de ruimte is bijna vacuüm, dus er kan niets onverwachts gebeuren. Bij de rentree van Tiangong was het door de wispelturige zonnewind echter een beetje gokken hoe ijl de lucht precies zou zijn op 200 kilometer boven de aarde. Die bleek iets ijler dan verwacht, dus de verhoopte paasexplosie bleef uit. Naarmate het gevaarte van acht ton de aarde naderde, nam de onrust zienderogen toe. De stoïcijnse statistici kregen echter gelijk: de kans dat er stukjes ruimtestation op je hoofd vielen, was uiterst klein.
Tumult bij de dorstigen
Voor de meeste mensen is water drinken een dagelijkse gewoonte. Minstens twee liter per dag is de voorgeschreven hoeveelheid. Recent onderzoek doet echter vragen rijzen over de maagdelijke reputatie van water. Amerikaanse onderzoekers toonden met een internationale studie aan dat 90 procent van al het flessenwater microplastics bevat. Dat zijn plastic korreltjes zo dun als een haar, die vermoedelijk afkomstig zijn van de plastic verpakking en het flessendopje. Bij elke liter die je drinkt, komen er gemiddeld tien korrels je lichaam binnen. Hoewel kraantjeswater beter scoort, is het ook niet zaligmakend. Door het wassen van synthetische kledij bevatten onze rivieren en meren ook microplastics die in de leidingen terechtkomen. Het is nooit echt aangetoond dat de microplastics schadelijk zijn, maar gezond verstand gebiedt ons het drinkwater dringend op te schonen.
Reactie toevoegen