Einstein zei ooit: "Als je het niet uitgelegd krijgt aan een zesjarige, begrijp je het zelf niet." Toen Hans Van De Water drie jaar geleden samen met zijn dochter op de Kinderuniversiteit van de UAntwerpen was, dacht hij net hetzelfde.
Hij stelde vast dat wetenschappers er veel beter in slagen om hun onderzoek helder en overtuigend uit te leggen als er kinderen op de eerste rij zitten. Vandaar het idee van de ‘Wetenschapsbattle’: een wedstrijd voor wetenschappers, die hun onderzoeksthema moeten uitleggen aan kinderen uit de lagere school.
Hoe zit het precies in elkaar?
Enerzijds kan elke lagere school van Vlaanderen en Nederlandstalig Brussel zich inschrijven om een wetenschapsbattle te hosten. De expertenjury selecteert vervolgens één school per provincie op basis van criteria zoals originaliteit, samenhorigheid en diversiteit. Volgens organisator Hans Van De Water selecteert de jury een mix van scholen met ervaring en scholen met kansarmere kinderen, waarvan ze weten dat het project een grote impact op de leerlingen zal hebben. Er vindt één voorronde per provincie plaats en om af te sluiten is er de grote finale in Technopolis, Mechelen.
Anderzijds kunnen ook alle onderzoekers zich inschrijven. Dit zijn meestal doctorandi aan de verschillende universiteiten in Vlaanderen, maar ook bijvoorbeeld kandidaten die werken aan een onderzoek in een bepaald bedrijf. Tijdens de voorrondes krijgen zij elk 15 minuten om hun onderzoek uit te leggen aan het jonge publiek.
Van De Water is zelf politicoloog van opleiding, maar heeft een sterke interesse in wetenschappen en vooral in wetenschapscommunicatie. Zijn groot voorbeeld was Hans Rosling, de Zweedse statisticus die allerlei data probeerde uit te leggen aan de hand van simpele grafieken en klare, heldere taal. Met het project "The floor is yours" willen Hans Van De Water en collega Toon Verlinden wetenschappers helpen hun onderzoek helder en overtuigend te presenteren. Ze benadrukken de belangrijke rol van de kinderen in dit project: “Wij zijn alleen verantwoordelijk voor het selecteren van de scholen zelf. Nadat die keuze gemaakt is, ligt alles in de handen van het publiek, namelijk de kinderen. Zij kiezen welke wetenschappers ze willen uitnodigen op hun school, wie de voorrondes wint en ook wie er uiteindelijk de grote finale wint." Met de Wetenschapsbattle willen de organisatoren dan ook bewijzen dat kinderen ideale coaches kunnen zijn voor volwassenen.
The hall of fame
Martijn Peters doctoreert aan de vakgroep Organische en Bio-polymere Chemie aan de Universiteit Hasselt en was de winnaar van de Wetenschapsbattle 2016. Hij legde nanotechnologie voor hersenonderzoek uit aan de hand van lichtgevende Minions.
“Ik heb wetenschapscommunicatie al altijd iets superplezant gevonden, een passie die ik vroeg in mijn doctoraat heb ontdekt. Mensen op een entertainende manier informeren over wetenschap is iets uniek. Het nuttige met het aangename combineren, het creatieve met het intellectuele, dat is wat mij fascineert en energie geeft."
"Het nuttige met het aangename combineren, het creative met het intellectuele, dat is wat mij fascineert en energie geeft"
Martijn had voorheen geen ervaring met lesgeven aan kinderen, maar hij had wel een duidelijke aanpak. Hij vroeg vooral veel rond over wat de kinderen interesseert. Waar zijn ze mee bezig? Waar praten ze over met hun vrienden en vriendinnetjes? Eenmaal hij een antwoord had op deze vragen, werkte hij twee weken aan de presentatie. Volgens Martijn is het heel moeilijk om je onderzoek simpel uit te leggen. Je moet het echt tot in de kern begrijpen en heel goed kennen om het op zo’n manier te vereenvoudigen.
De winnaar van de Wetenschapsbattle 2016 kijkt heel positief terug op deze ervaring en raadt iedereen aan om mee te doen: “Je wordt er behandeld als een rockster: ze willen je handtekening en samen op de foto gaan ... de energie die de kinderen je geven is echt geweldig!” Zijn advies voor de deelnemende wetenschappers is om de eigen leefwereld los te laten en zich te verdiepen in die van de kinderen. “Je moet jezelf open en kwetsbaar opstellen om op hun niveau te kunnen denken en werken”, aldus Martijn.
"Je moet jezelf open en kwetsbaar opstellen om op hun niveau te kunnen denken er werken"
Ook de Universiteit Gent werd in het verleden succesvol vertegenwoordigd op de Wetenschapsbattle: Hetty Helsmoortel was de winnares van de eerste editie in 2015. Zij doctoreerde toen aan de faculteit “Geneeskunde & gezondheidswetenschappen” en legde haar onderzoek over leukemie uit aan de hand van marshmallows (witte bloedcellen) en rode m&m’s (rode bloedcellen). “Rekening houden met het leeftijdsverschil van de kinderen vond ik de grootste uitdaging: de kinderen van het eerste leerjaar kunnen nauwelijks lezen, terwijl die van het zesde leerjaar zich al voorbereiden op het middelbaar. Daardoor kan je bijvoorbeeld niet veel woorden plaatsen op je slides, maar moet je vooral met afbeeldingen werken." Hetty gaf tijdens haar presentatie vaak ook extra uitleg aan de oudere kinderen en stelde de jonge generatie gerust indien ze het niet begrepen.
Volgens Hetty zit het geheim in afstand nemen van je onderzoek, kijken naar het groter geheel en er structuur in brengen. Haar ultieme tip voor de nieuwe kandidaten is om de dingen simpel, maar ook niet te eenvoudig voor te stellen en uit te leggen aan de kinderen. “Dan voelen ze zich verkleuterd en daar hebben ze een hekel aan!”
De winnares van de UGent had wel een toneel- en een lerarenopleiding gevolgd, waardoor ze wat meer voeling had met haar publiek. Toch vond ze het ook een grote uitdaging aangezien ze niet opgeleid was om les te geven aan zo’n jong publiek. “Ik maak af en toe wetenschappelijke analyses voor Canvas en ik vind het heel interessant om wetenschappelijke thema’s uit te leggen aan zowel kinderen als volwassenen. Na het winnen van de Wetenschapsbattle heb ik meerdere keren mijn presentatie gedaan en vaak zaten er ook ouders bij. Die spraken me achteraf vaak aan om hun interesse te tonen in het onderwerp en dat deed me echt plezier. Zo zie je maar dat veel mensen geïnteresseerd zijn in wetenschap, maar dat ze er gewoon weinig over weten. Door goede wetenschapscommunicatie kunnen we wetenschap dichter brengen bij het groot publiek."
Reactie toevoegen