VOEM (Vereniging voor Ontwikkeling en Emancipatie van Moslims) vierde vorig jaar haar dertigste verjaardag. Voor deze gelegenheid brachten ze een boek uit waarin ze terugblikken op de Belgische migratiegeschiedenis van de afgelopen decennia.
"Vorig jaar werden de archieven van VOEM overgedragen aan het Amsab (Instituut voor Sociale Geschiedenis) en het leek ons interessant om te kijken hoe de organisatie de afgelopen dertig jaar veranderd is", zegt Amani El Haddad, sociaal-cultureel werkster bij VOEM. "Het verhaal is niet enkel belangrijk voor VOEM zelf, maar voor heel Vlaanderen, omdat het een beeld schetst van de periode waarin de maatschappij een overgang van een multiculturele naar een superdiverse samenleving maakt", aldus migratiehistorica en schrijfster van het boek Tina De Gendt.
Emancipatie boven integratie
In welke historische context moeten we het ontstaan van VOEM kaderen? "De eerste generatie arbeidsmigranten kwam in de jaren 60 naar Vlaanderen met het idee om snel weer te vertrekken", vertelt De Gendt. "In de jaren 80 verwierp een tweede generatie de terugkeergedachte van hun ouders. Ze wilden niet meer afhankelijk zijn van het buitenland om hier rechten te hebben. De Belgische overheid besteedde immers alles wat met religie te maken had uit aan Saoedi-Arabië. Vlaamse moslims wilden in een land met godsdienstvrijheid hun religie op een normale manier kunnen beleven. Er ontstonden een hele reeks zelforganisaties die voor de emancipatie en volksontwikkeling van de Vlaamse moslims en andere minderheden opkomen. De economie kende tevens een steile neergang; er ontstond gigantische werkloosheid en mentale, sociale en maatschappelijke problemen. Veel mensen zijn zich in die periode gaan engageren en het is eigenlijk op dat kruispunt dat VOEM in 1989 is ontstaan."
"De missie van VOEM is doorheen de jaren niet gewijzigd", vindt De Gendt. "Als het gaat over emancipatie, was VOEM haar tijd ver vooruit. In plaats van integratie en aanpassing ijverden ze voor emancipatie, verbinding en ontwikkeling. De maatschappelijke visie op emancipatie is gaandeweg wel sterk veranderd. Daardoor is VOEM ook op een andere manier gaan werken. In het begin was de rechtstreekse beleidsbeïnvloeding erg aanwezig. Zo heeft VOEM zich geëngageerd opdat moslims in België begraven zouden kunnen worden. Nu werken ze meer van onderuit en ondersteunen ze etnisch-culturele verenigingen, artistieke kringen en kunstenaars om die strijd zelf op de nemen. In die zin is de emancipatie die ze dertig jaar geleden voor ogen hadden, gelukt."
De mozaïeksamenleving
De focus van VOEM ligt nu vooral op ontmoeting en verbinding met de brede samenleving door middel van cultuur door bijvoorbeeld kalligrafie- of dabkecursussen te organiseren. El Haddad benadrukt het belang van die socioculturele insteek: "We hebben ervoor gekozen om kwalitatief en projectmatig te werken en op die manier mensen samen te brengen rond interesses en talenten en niet op basis van afkomst, etniciteit of levensbeschouwing. Vroeger steunden we grotendeels moslims, maar vandaag bestaat onze achterban uit sikhs, quakers, katholieken, protestanten en niet-gelovigen. We spelen in op de gelaagde en fluïde identiteit van mensen: er bestaat niet zoiets als dé Vlaming of dé moslim. We zien onszelf als bruggenbouwers, maar respecteren tegelijk ook de eigenheid van mensen en de identiteit die ze zichzelf aanmeten."
"In de jaren 90 was er nog sprake van een multiculturele samenleving, maar ondertussen is de samenleving compleet veranderd en bestaan er geen homogene gemeenschappen meer", benadrukt De Gendt. "Vandaag is VOEM vooral de vertegenwoordiger van die mozaïeksamenleving."
VOEM benadert de samenleving vanuit een kruispuntdenken om zo een pluralistische en genuanceerde dialoog rond verschillende onderwerpen te stimuleren. Een voorbeeld van zo’n sociaal-cultureel initiatief is 'Veggie = halal', een project dat VOEM een paar jaar geleden is gestart in samenwerking met de vzw EVA.
"Er bestaat niet zoiets als dé Vlaming of dé moslim" − Amani El Haddad
"Het is onze bedoeling om moslims die plantaardig eten, in contact te brengen met andere organisaties die daarmee bezig zijn. Deze organisaties trekken echter heel vaak een wit publiek aan. We proberen connecties te leggen en diverse stemmen te laten horen, zodat het debat omtrent plantaardig eten verrijkt wordt. We organiseren interlevensbeschouwelijke panelgesprekken om over motivaties voor vegetarisme te praten. Daarnaast hebben we een kaart gemaakt om te tonen waar je in Gent plantaardig kan gaan eten. 'Halal' wordt heel vaak negatief voorgesteld in de media, maar op deze manier laten we zien dat de term zo veel meer belichaamt dan alleen het onverdoofd slachten. Vegetarische maaltijden zijn ook gewoon halal."
Het Gentse verhaal
Vroeger bevond het centrum van de werking van VOEM zich in Antwerpen, maar over de jaren heen is dit verschoven naar Gent. De Gendt ziet hiervoor enkele goede redenen. "Gent heeft, in tegenstelling tot Antwerpen, heel lang slechts één grote migrantengemeenschap gekend: de Turkse textielarbeiders. De andere nationaliteiten vormden kleine minderheden. VOEM heeft van in het begin op die diversiteit ingespeeld en heeft voor een platform gezorgd. Ten tweede is Gent een progressieve studentenstad die bruist van de creativiteit. Ten derde zorgt de kleinschaligheid van Gent dat het moeilijk is om elkaars leefwereld te ontlopen. Mensen moeten dus met elkaar samenwerken en dat zorgt voor een zekere eigenheid."
"Ten slotte heeft het Gentse middenveld al decennia lang een goede relatie met het stadsbestuur. In de jaren 90 kwam de paarse coalitie aan de macht en die hechtte veel belang aan het middenveld. Het huidige stadsbestuur zet nog duidelijker in op die versterking van het middenveld. Er is veel vertrouwen en dat geeft veel ruimte voor socioculturele experimenten. In Antwerpen staat het stadsbestuur al sinds de jaren 90 weigerachtig tegenover zelforganisaties van minderheden. Dat zorgt tot op heden voor een moeilijkere situatie."
El Haddad werkte vroeger in Antwerpen voor VOEM en beaamt het unieke karakter van Gent. "Ik merk hoe het stadsbestuur hier helemaal anders omgaat met zelforganisaties en hoeveel vertrouwen wij krijgen. Ze nemen ons au serieux en schepenen komen naar onze evenementen, terwijl Antwerpen een grotere stad is met veel meer structurele barrières."
Toekomstige uitdagingen
Sinds vorig jaar is de visie op zelforganisaties onder druk komen te staan. Het huidige regeerakkoord stelt dat organisaties die segregatie in de hand werken of op etnische afkomst terugplooien, niet langer gesubsidieerd zullen worden. El Haddad duidt dat VOEM een positieve beoordeling gekregen heeft zonder aandachtspunten: "We hechten veel belang aan het overstijgen van de eigen achtergrond om zo meer in contact te treden met anderen. Die connectie met de Vlaamse samenleving is heel belangrijk. We maken deel uit van deze maatschappij, zonder de eigen culturele bagage te verloochenen."
Hoe houdt VOEM zich als 'verbindende' organisatie staande in een tijd die wordt gekenmerkt door toenemende polarisering? "Soms komen er mensen met bepaalde vooroordelen die in het begin wat kritiek hebben," merkt El Haddad op, "maar door de dialoog aan te gaan en naar verbinding te zoeken lukt dat soms wel om elkaar te begrijpen. We zetten tegenwoordig heel erg in op onze online werking, zeker aangezien partijen zoals Vlaams Belang enorm hebben geïnvesteerd in online campagnes. We willen de mensen overstelpen met positieve boodschappen, omdat we ook echt tegengewicht willen bieden aan die polarisering."
Mensen zullen zich altijd vragen blijven stellen en het is dus belangrijk om die te blijven beantwoorden − Tina De Gendt
De Gendt stelt dat er een grote groep is die nog niet vastzit in een extreme ideologie, maar die nog altijd een soort van openheid bewaart. "VOEM is een paar jaar voor Zwarte Zondag ontstaan en is sterk gegroeid doordat mensen zich in de nasleep van die verkiezingen enorm veel vragen begonnen stellen over wat de islam eigenlijk is. Er was heel veel onwetendheid: het onderwijs leerde niks over diversiteit, migratie of islam en mensen geloofden simpelweg wat op tv kwam. VOEM is toen in het hele land uitleg gaan geven en dat heeft toch wel een invloed gehad. Ons onderwijs en de beeldvorming in de media veranderen echter niet zo snel en dertig jaar later zitten we met een nieuwe groep mensen die met dezelfde vragen als dertig jaar geleden zitten. Zolang die vragen gesteld worden, is er hoop. Het is belangrijk om die te blijven beantwoorden en dat is wat VOEM doet."
Reacties
boek
Reactie toevoegen