De UGent en het sprookje van de oeverloze klimaatambitie

Tussen droom en daad staan budgettekorten en praktische bezwaren

De voorstellen in het energiebeleidsplan van de UGent zijn lovenswaardig. Maar zullen ze verder komen dan de tekentafel? Voor indrukwekkende maatregelen zijn immers even indrukwekkende budgetten en personeelsmiddelen nodig. En waar die precies vandaan zullen komen, is nog heel onzeker.

Niemand wil van een gebrek aan ambitie verdacht worden. De Sociale Raad gaf op 25 juni van dit jaar unaniem een positief advies over het energiebeleidsplan van de UGent. Het focust op de periode 2020-2030, maar blikt ook al vooruit naar 2050. Het plan passeerde nog langs de Bouwcommissie om uiteindelijk te belanden bij het Bestuurscollege, waar het werd goedgekeurd. Met dit plan wil de UGent zich mee inzetten om de uitstoot van broeikasgassen met veertig procent te verminderen tegen 2030 en uiteindelijk volledig CO2-neutraal te zijn tegen 2050. De doelstelling is om de CO2-uitstoot afkomstig van gebouwverwarming en elektriciteitsvoorziening te verminderen met 1,5% per jaar en uitsluitend fossielvrij te bouwen en renoveren. Concreet betekent dit een resem aan investeringen op vlak van energie-efficiëntie, het verwarmen zonder fossiele brandstoffen en eigen groene energieproductie.

Effficiënt gebruik van ruimte

Lina Avet en Riet Van de Velde

Er wordt voorgesteld om het gebouwenpatrimonium beter te benutten door flexibel om te gaan met ruimtes. Zo is een efficiënter energieverbruik per vierkante meter mogelijk. Ondanks dat gelijkaardige ambities al eerder geformuleerd werden, is tussen 2013 en 2018 de oppervlakte van het gebouwenpatrimonium met vijftien procent toegenomen en is een verdere stijging met vijf procent gepland. De groei in personeel en studenten wordt hiermee opgevangen, maar toch er is nog veel onderbezetting en onderbenutting.

Lina Avet van de Directie Gebouwen en Facilitair Beheer is zich bewust van het probleem: "Als iemand een ruimte nodig heeft, is het 'hebben is hebben en krijgen is de kunst'. Als proffen bijvoorbeeld een onderzoekslokaal verkrijgen, houden ze het stevig vast. We zouden van deze verkokering af willen en meer tot flexibiliteit aanzetten. Heel de universiteitsgemeenschap zal betrokken worden."

"De eerste stap is vakgroepoverschrijdend werken en ten slotte moet er ook faculteitoverschrijdend gewerkt worden. Je ziet de noden evolueren: soms groeit bepaald onderzoek onverwacht snel en ander onderzoek verdwijnt soms ook. Je zou ervoor moeten zorgen dat die vierkante meters gemakkelijker doorgeschoven kunnen worden. Zo moeten we minder bouwen en besparen we energie", aldus Avet.

De aanpassing van de gebouwen zal naar schatting 600 miljoen euro kosten. Voorlopig is een tiende van het bedrag als budget voorzien.

Daarnaast streeft de UGent ernaar om al haar gebouwen bijna-energieneutraal te maken bij nieuwbouw en totaalrenovaties. Deze zouden dan weinig energie gebruiken voor verwarming, ventilatie, koeling en warm water. De energie die nog nodig is, moet volledig uit groene energiebronnen komen. Wanneer alle gebouwen van vóór 2000 aangepast worden aan deze normen, zal dit naar schatting zeshonderd miljoen euro kosten. Voorlopig is een tiende van dit bedrag als budget voorzien.

Onvoldoende personeelsmiddelen

Naast de eerdergenoemde maatregelen wil de UGent ook aan proactief gebouwenbeheer doen. Onze universiteit wil daarbij energiebesparingsmogelijkheden opsporen en genomen maatregelen opvolgen. Doordat het aan voldoende mankracht ontbreekt, wordt deze taak al sinds enkele jaren doorgeschoven naar een externe onderhoudsfirma. Deze laatste gaat echter niet mee in het duurzaamheidsverhaal en aanvaardt de bijbehorende boete. Dit voorbeeld zet het tekort aan personeelsmiddelen in de verf. Het plan geeft bovendien aan dat de huidige en enige energiemedewerker nu al 'ruim onvoldoende' is om de ingebruikname van nieuwe gebouwen en installaties te monitoren. Het stelt de broodnodige aanwerving van een tweede energiemedewerker voor.

Niet goed gespaard

Het valt op dat de maatregelen in dit plan vooral gefinancierd zullen worden met besparingen. Van alle kosten is vooral efficiëntie al begroot. Dit terwijl voor ingrijpende projecten zoals bouwen, renoveren en het opwekken van groene energie nog maar bitter weinig middelen voorzien zijn. Milieucoördinator Riet Van de Velde deelt deze bezorgdheid: "Wij hebben tegen het bestuur gezegd: 'Zonder extra middelen blijven we hangen in de normale gang van zaken.' Onze rector is ontgoocheld dat hij door de regeringsonderhandelingen niet meer geld voor de universiteiten heeft kunnen binnenhalen, net als ik. De Vlaamse Regering zou veel meer geld moeten vrijmaken om die energietransitie te ondersteunen. Helaas kunnen we niet blijven wachten op hen en zullen we ook zelf keuzes moeten maken." Hierbij haalt ze het voorbeeld van het fossielvrij bouwen aan: "Het projectbudget voor de nieuwe homes was te beperkt voor de ambitie van fossielvrij bouwen. Voor hetzelfde geld zei men: 'We gaan de vraag nog eens stellen: niet-fossielvrij of fossielvrij maar kleiner bouwen?' Ze hebben die vraag toen niet gesteld, maar resoluut voor fossielvrij gekozen."

"Zonder extra middelen blijven we hangen in de normale gang van zaken"

De ambitie is er wel, maar het blijkt toch niet evident om telkens de daad bij het woord te voegen. Twee fondsen, de provisies 'duurzame maatregelen' en 'renovatierichtlijn', werden sinds 2010 aangevuld met 'bewezen besparingen en inkomsten' en waren bedoeld om energiemaatregelen te bekostigen. Zo kon jaarlijks 720.000 tot 1.560.000 euro opzij worden gezet. Vorig jaar en dit jaar werd echter beslist om de opgespaarde middelen, meer dan twee en een half miljoen euro, te gebruiken om een budgettair tekort op te vullen. In het plan wordt de ambitie uitgesproken om dit in de toekomst te vermijden.

Er werd beslist om de opgespaarde middelen te gebruiken om een budgettair tekort op te vullen

Het energiebeleidsplan zal nog verder geconcretiseerd worden in de loop van 2020 en tegen het einde van dat jaar wordt het masterplan voorgelegd aan de Raad van Bestuur. De hoop is dat hierin de onderfinanciering aangepakt wordt die er nu nog is. In het stappenplan dat hierop volgt, zullen concrete en gefaseerde acties beschreven staan.

0
Gemiddeld: 5 (1 stem)

Reactie toevoegen