Kort

Het had een zekere tristesse hoe ik op die druilerige dinsdagochtend al om negen uur ’s ochtends mijn laatste beetje zelfcontrole ten grave droeg bij het Bickystandje aan campus Schoonmeersen (Hermes, 06/11). Zou ik vanaf deze week niet gezonder gaan leven? Was ik niet voor de zoveelste keer van plan om ‘vanaf gisteren’ mijn levensstijl radicaal om te gooien teneinde te voorkomen dat ik later als uitgebluste veertiger niet meer in staat zou zijn om afscheid te nemen van mijn dagelijkse portie rood vlees, chips voor de tv na het werk en frieten op vrijdag? Wou ik niet vermijden dat ik me over enkele jaren genoodzaakt zou zien, net zoals al mijn buren in de residentiële wijk waar ik hoogstwaarschijnlijk zal wonen, te starten met Start to Run in de illusie dat ik zo mijn aftakelende lijf wel weer in vorm zou krijgen en ik ooit nog eens een halve marathon zou kunnen uitlopen? Op zich had ik daar toen al mee kunnen beginnen, met Lopen rond de Watersportbaan (VTK, 12/11), maar dat was me uiteindelijk altijd wat te ver fietsen. Ik keek om me heen. Al mijn collega-studenten liepen het kraampje achteloos voorbij, de uitnodigende geur negerend, net zoals ook ik de dag voordien onzichtbaar voor hen had geleken op de Karaoké Night (VGK, 05/11). Ik leek wel de enige die niet aan de verleiding had kunnen weerstaan. Ik voelde me zwak en schaamde me zelfs een beetje, terwijl ik voorzichtig een hap uit het druipende broodje nam. De saus glibberde tussen m’n vingers terwijl de kruimels rijkelijk neerdwarrelden. Ondanks mijn oplettendheid bleef er toch wat bickysaus aan m’n mondhoek hangen. Ik veegde het haastig weg met het besmeurde servet dat om het broodje had gezeten. De priemende blikken van anonieme voorbijgangers beletten me om echt van het broodje te genieten en ik propte het dan maar zo snel mogelijk naar binnen. Ach, ik wist ergens wel dat ik me dat slechts inbeeldde. Dat hun blikken niet echt ‘priemend’ waren, laat staan dat ze me zelfs maar een blik toewierpen. Op dat moment besloot ik dat ik geen puf meer had in de les, waarop ik terug kotwaarts keerde om te huilen in mijn warme bed. Je bent wat je eet, en ik ben een verlept bickybroodje. Ik zou wel weer compenseren op het Galabal der Ingenieurs (VTK, 09/11).

0
Gemiddeld: 1 (1 stem)

Reactie toevoegen