Een wijs man zei ooit: ‘Vrede op aarde aan alle mensen’. Makkelijk spreken, maar ruzie is onvermijdelijk. Ja, zelfs aan de meest beschaafde universiteit van het land. Dat studentenverenigingen het niet altijd goed met elkaar kunnen vinden wisten we al langer, maar ook bij home Vermeylen en Fabiola kunnen ze er wat van! Of valt dat allemaal best mee?
Disclaimer: wie hier is voor de sappige details van twee hevig concurrerende, elkaar het licht in de ogen niet-gunnende homes, moeten we teleurstellen. Deze verenigingen kunnen het namelijk goed met elkaar vinden (Saahaai…). Nadat enkele jaren geleden een iets serieuzere vete werd bijgelegd, leven ze terug semi-vredevol zij aan zij. Meer nog, ze blijken zelfs vele gelijkenissen te hebben. Een eerste is de ligging; Fabiola en Vermeylen liggen vlak naast elkaar en op een boogscheut van de Overpoort. Hierdoor is de kans op een (onschuldige) burenruzie wel des te groter. Zoals die ene keer dat een spontaan sneeuwballengevecht uitbrak tussen de twee.
"Voorlopig zijn we nog vriendjes, maar 't is nog vroeg op 't jaar hé"
Burenruzies
Arno Felix, praeses bij home Vermeylen, herinnert zich dit voorval niet als uiting van haat maar ziet dit eerder als een gezonde concurrentie. “We strijden om de beste te zijn, maar al bij al blijven we wel vriendjes.” Ook Jolien Schelstraete, praeses bij Fabiola, denkt er zo over. Zij zegt: “Uiteraard ziet elke home zichzelf als de beste en je bent gewoon zo trots op je eigen vereniging. Er heerst dus een gezonde concurrentie, maar eigenlijk nog meer vriendschap.” Bij het oprakelen van oudere voorvalletjes tussen de twee viel de naam van home Boudewijn, die ze beiden als gemeenschappelijke vijand bestempelden. En daarin voelden ze zich toch verenigd.
Gevraagd naar hun huidige verhouding antwoordde Arno dat ze voorlopig nog altijd vriendjes zijn, “maar ’t is nog vroeg op ’t jaar hé!” Volgens de praeses van Fabiola bleef hun vereniging tot voor kort op de achtergrond, omdat ze pas sinds drie jaar de schachtendoop hebben ingevoerd. Daarvoor werden ze als een mindere beschouwd, claimt Jolien. “Er werd gezongen: ‘Fabiola, Fabiola, who the f*ck is Fabiola’. Maar nu staan we als vereniging weer op de kaart.” Er zijn altijd wel een paar momenten tijdens het jaar waarbij de spanningen oplopen, geven ze toe, maar dat is uiteraard normaal en die voorvallen zijn nooit ernstig genoeg om een oorlog te ontketenen.
Mythologie
Een volgende gelijkenis zijn de ‘vettige’ passages in hun clublied, die we jullie niet willen ontzeggen. Zo zingt Fabiola: "toen kwamen de jongens van heinde en ver en kregen de meiskes het plots in hun ster." Bij Vermeylen gaat het dan weer over spuiten die klaar en pruimpjes die gaar staan. Beiden verdedigen zich met “ ja, maar dat clublied gaat echt al heel lang mee.” Viespeuken!
"Fabiola, Fabiola, who the f*ck is Fabiola?"
En dan is er nog de mythische gang zes. Dé gang waar je moet zijn voor de ambiance. “Goh” gevolgd door een lange zucht, was het antwoord op de vraag naar het verhaal van gang zes. “Het startte eigenlijk met een hechte vriendengroep van studenten die wat langer in Gent bleven plakken dan nodig was.” (lacht) “Ook bij ons is gang 6 berucht.” Zegt Jolien. ”Het merendeel van het praesidium ligt er bijvoorbeeld en het is bijna een privilege om daar te wonen.”
Al bij al dus goede vriendjes, zo zeggen ze. Tot het volgende sneeuwballengevecht uiteraard.
Reactie toevoegen