"Ik heb de goelag meegemaakt in Oost-Vlaanderen"

Schrijver Pol Hoste wou eigenlijk muzikant worden, maar mocht dat niet van zijn militant communistische ouders. De Kommunistische Partij heeft hem vervormd, maar niet klein gekregen. “Ik ben een vrolijke jongen gebleven”, vertelt de 70-jarige ons op de site waar vroeger 't Keetje stond.

Hoste

In dat café, een berucht rood bolwerk, sleet hij dan ook vele uren van zijn studententijd. Het was een plek waar linkse intelligentsia, Antwerpenaars, en mislukte kunstenaars elkaar in de ogen keken en dronken op een betere wereld. De artistieke lat lag volgens Hoste niet bijzonder hoog: "Zelfs een boomstronk kon de cafébaas prachtige kunst vinden." Toch kwamen er ook legendarische stamgasten langs, zoals de schrijver Louis Paul Boon.

Zwarte opvoeding

Dat Gent van de jaren 60 was dan ook een heel ander milieu dan Hostes thuissituatie. Zijn jeugd in Lokeren was schrijnend. “Ik heb de goelag meegemaakt in Oost-Vlaanderen. Tot mijn zestiende werd ik door mijn vader drie keer per week afgeranseld, als systeem, zonder dat ik iets verkeerds had gedaan. Dat was wat ze noemden een 'zwarte opvoeding'. Mijn ouders waren stalinisten; ze bleven overtuigd van hun gelijk en deden gebeurtenissen als de Hongaarse Opstand van 1956 af als propaganda. Pas in '68 is daar een kentering in gekomen.” Een positieve spilfiguur in Hostes jeugd was Rosa Michaut. Zij was een vriendin aan huis - ook communistisch, maar minder totalitair. Bovendien stond ze open voor verschillende culturen. Ze had meteen oog voor de schrijfsels van de toen dertienjarige Hoste. “Ik vond het wel mooi dat een 40-jarige vrouw toen geïnteresseerd was in de gedichten van een kind, die achteraf niet veel voorstelden. Het was wel een tragische figuur, klein en gebocheld, omdat iemand die op haar moest letten toen ze nog een baby was, haar van tafel heeft laten vallen toen ze haar ververste. Die persoon heeft daar nooit iets over durven zeggen, en het was pas wanneer Rosa twaalf werd dat de vervorming van haar ruggengraat zich begon te manifesteren. Ooit heeft ze mij meegenomen naar Janneke, Boons vrouw. Een vrouw die iets gelezen had, was toen vrij zeldzaam. Toch wil dat niet zeggen dat Rosa een vrijdenker was, ook zij bleef loyaal aan de communistische partij. De kritiek van binnenuit kon helemaal niet getolereerd worden.”

"Kritiek van binnenuit kon helemaal niet getolereerd worden"

Ideologiekritiek

Hoste bij het Keetje

Die kritische kijk liet hij niet achterwege. Niet in zijn studie Germaanse ("totaal niet wetenschappelijk") en niet in zijn literaire werken. Ideologiekritiek werd één van zijn voornaamste drijfveren. “De grote bedoeling is om de particulariteit te overstijgen, naar het algemene. Dat probeer ik ook momenteel in mijn stuk over Molenbeekse jongeren. Ze groeien op in een cultuur waar de jongens alles mogen, en meisjes binnen moeten blijven. Dat loopt onherroepelijk fout.” Ook seksuele intimidatie en misbruik moeten volgens hem binnen een bepaald systeem gekaderd worden. “Iedereen beschermt zichzelf en dekt misbruik toe. Dat sluit je in groepen van mensen niet uit. Het zit historisch zo in elkaar: in bedrijven, universiteiten, overal waar een hiërarchische relatie heerst. Daarom heeft het volgens Hoste geen zin om enkelingen daar uit te halen en hen vast te pinnen op hun gedrag. "We moeten veeleer een mentaliteit blootleggen en wijzigen, maar dat bereiken is heel moeilijk. Ik denk niet dat je door iemand te schorsen direct die mentaliteit verandert. Ik zal nu een vergelijking maken die niet helemaal opgaat: het is alsof je iemand die een misdaad begaan heeft, ophangt op de Korenmarkt. Dat zal het criminele gedrag niet uitsluiten. Je stelt een voorbeeld, maar de graven van Vlaanderen hebben constant zulke voorbeelden gesteld. De vraag is voor mij: ‘Hoe wijzigt een mentaliteit zich in de loop van de tijd?’ Het was vroeger voor arbeidsters onmogelijk om in een fabriek te werken zonder zich door de meester te laten verkrachten. Dat behoort nu niet meer tot de geplogenheden, het is zelfs strafbaar. De nieuwe generaties fulmineren nu tegen praktijken van intimidatie en zullen ook die mentaliteit veranderen.”

Vrouwelijk enkelvoud

Vrouwelijke figuren zijn bijzonder talrijk in het oeuvre van Pol Hoste. Hij geeft toe dat het feminisme hem daarbij geïnspireerd heeft. “De tragische positie van de mens komt naar mijn gevoel zeer sterk tot uiting in de positie van de vrouw. Mijn boek Vrouwelijk enkelvoud is daar inderdaad een voorbeeld van. Ik heb in mijn jeugd heel veel machomannen gezien. In mijn idee zijn vrouwen veel veelzijdiger. Vrouwen praten met elkaar over alle mogelijke zaken. Toen ik in Engeland verbleef in een gastgezin, observeerde ik er vrouwen tijdens tea time onder het mom van Engels te leren. Ik schreef alle woorden op die ik niet verstond, maar intussen had ik ook de finesses mee waar zij over spraken. Mannen daarentegen praten alleen over gevoelige zaken tegen vrouwen, niet tegen andere mannen, want dan kan het vermoeden ontstaan dat ze homo-erotische neigingen zouden hebben. Dat is natuurlijk een vooroordeel, maar ik heb altijd een zeer groot vertrouwen gehad dat vrouwen de politiek beter zouden maken. Laten we eens een experiment doen  – het is natuurlijk een seksistische opmerking, dat weet ik – maar laat ons eens twee legislaturen een vrouwelijke regering hebben, daar riskeren we nu toch niet veel mee? Ik denk dat de politiek veel socialer zou zijn, en veel breder zou uitstralen naar alles wat met cultuur en opvoeding te maken heeft.”  

“Laat ons eens twee legislaturen een vrouwelijke regering hebben”

Hoernalistiek

"Ik schrijf omdat dat geen lawaai maakt", zegt Hoste opeens cryptisch. Hij verduidelijkt: "Ik wil niet over mijn werk praten met mensen die niets weten over literatuurwetenschap, omdat ik met literatuurwetenschap bezig ben in mijn werk. Dat is de reden waarom ik geen of weinig interviews geef; je kan toch ook niet verwachten dat je zomaar een kernfysicus zou kunnen verstaan. Die wil ook niet praten met iemand die ergens een opvatting heeft over wat kerncentrales zijn. Mensen zeggen dan: 'Zo een dikke nek'. Awel ja, ik heb een enorm dikke nek! (lacht) Ik heb een voorstel gedaan aan de universiteit om het met hen te hebben over een wetenschappelijke benadering van literatuur, maar het antwoord was 'dat ze niet naar de lezing konden komen, omdat Filologica een quiz had.' Ik dacht dat er studenten zouden zitten die geïnteresseerd zouden zijn in tekstanalyse, maar ze zullen hun eigen weg wel zoeken, zoals ik dat ook gedaan heb.” Hoste heeft hetzelfde wrange gevoel bij de media: “Journalisten moeten vaak voorgeven dat ze jou heel interessant vinden. Mijn boek is dan vaak slechts een opstapje om het over een actueel onderwerp te hebben. Dat is geen journalistiek, maar 'hoernalistiek'. Ik moet uiteraard wel vriendelijk blijven, en hopen dat er een charmerende foto bij zal komen (lacht).”

Nog geen stemmen

Reactie toevoegen