Zoals de meeste studenten hun examenresultaten afwachten, kijkt ook de Universiteit Gent reikhalzend uit naar het aantal inschrijvingen dit jaar. Er is goed nieuws: opnieuw schreven meer nieuwe studenten zich in dan het jaar voordien, maar blijft het praktisch haalbaar?
First things first: op het ogenblik van dit schrijven zijn vijf procent extra nieuwe studenten ingeschreven aan de UGent, goed voor bijna vijfhonderd nieuwe gezichten. De stijging ligt in lijn met de vorige jaren; van een uitzonderlijke instroom kan men dus niet spreken. Opmerkelijk is echter dat het aantal studenten dat een master volgt, zonder aan de Universiteit Gent een bachelor te hebben gevolgd, daalt. Vooral in de rechtsfaculteit is deze trend merkbaar. De Faculteit Diergeneeskunde maakt dit jaar procentueel de grootste groei door: daar zwelt het aantal nieuw ingeschreven bachelorstudenten aan met ruim 32 procent ten opzichte van vorig jaar.
Fresh meat for the grinder
Het grootste aandeel van die nieuwe gezichten zijn kersverse bachelorstudenten: met ruim 380 meer zijn ze, een toename van 5,4 procent ten opzichte van vorig jaar. De meerderheid van de studenten is te vinden in de Faculteit Economie en Bedrijfskunde, die zo veel is gegroeid dat zelfs het grootste auditorium van de UGent niet alle eerstejaars in een keer zal kunnen accommoderen. De Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen volgt de economen in absolute aantallen op de hielen.
Andere stijgers zijn de Faculteit Rechtsgeleerdheid, waar de opleiding criminologie procentueel iets meer groeit dan de opleiding rechten, maar wel nog steeds de kleinste richting van beide blijft. De Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen en de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen zetten ook de groeiende trend van de laatste jaren voort. Een opmerkelijke stijger is ook de Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen, die na een klein dipje vorig jaar opnieuw in de lift zit. Bij de Letteren en Wijsbegeerte is die trend eveneneens waarneembaar.
Het kunnen niet allemaal winnaars zijn
Hoewel de universiteit dus over het algemeen groeit, zijn er toch enkele faculteiten waar het aantal nieuwe inschrijvingen in de bacheloropleidingen lager ligt dan de voorgaande jaren. Hoewel de Faculteit Economie en Bedrijfskunde de grootste blijft, blijkt ze samen met de Faculteit Farmaceutische Wetenschappen tot de grootste dalers te horen, met elk ruim zeven procent minder nieuwe inschrijvingen dan het jaar ervoor. Verder daalt ook het aantal nieuwe inschrijvingen voor de Faculteit Wetenschappen. Daar wordt de daling van het aantal nieuwe bachelorstudenten geraamd op ongeveer vijf procent. Deze cijfers kunnen echter nog gecorrigeerd worden door late inschrijvers.
De procentueel grootste daler blijkt echter de campus in Zuid-Korea te zijn. De campus is hoe dan ook geen onverdeeld succes; zo schreven we eerder dat de slaagcijfers er bijzonder laag liggen. Vicerector Freddy Mortier suggereerde toen dat dit deels te wijten is aan een cultuurverschil. Komt deze hoop in gevaar indien het aantal nieuwe inschrijvingen blijft dalen? In 2015 waren op dit moment al 43 nieuwe bachelorstudenten ingeschreven. Vorig academiejaar daalde dat aantal al naar 38, maar dit jaar zijn ze slechts met 21, een daling van bijna 45 procent ten opzichte van vorig jaar en een halvering ten opzichte van twee jaar terug. Dit prestigeproject van de UGent kostte een flinke duit aan de Zuid-Koreaanse belastingsbetaler, maar in tegenstelling tot de universiteit in Gent, werd wel verwacht dat de campus in Zuid-Korea dit academiejaar zelfbedruipend zou worden.
Groeipijnen en genderevenwicht
Hoewel een groter aantal hooggeschoolden zeker een positieve ontwikkeling is, is er ook een keerzijde aan de medaille: iedereen moet een plaatsje krijgen. Hoewel het grootste auditorium van de universiteit duizend studenten kan huisvesten, blijkt zelfs deze mastodont niet opgewassen tegen de nieuwe instromen. Neen, dat is geen excuus voor eerstejaars om de lessen niet bij te wonen. Het probleem gaat echter verder; zo is het maar de vraag of de infrastructuur en de dienstverlening van snel groeiende faculteiten zoals de Faculteit Diergeneeskunde het verhoogd aantal studenten zullen aankunnen.
Als je dit leest in de Brug of in een auditorium, valt het je waarschijnlijk wel op dat er dit jaar weer veel vrouwelijk schoon rondloopt. Hun mannelijke evenknieën zijn daarentegen steeds minder goed vertegenwoordigd: geheel volgens de trend van de afgelopen jaren zijn er ook dit jaar meer vrouwen dan mannen ingeschreven. Het verschil is langzamerhand ook significant te noemen: over de hele universiteit bedraagt het een kleine tien procentpunten. In de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen is de situatie zelfs zo scheefgetrokken dat meer dan 80 procent van de ingeschreven studenten vrouwen zijn. Het enige mannenbastion dat echt overeind blijft is de Faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur, waar vrouwen slechts 20 procent van de studentenpopulatie uitmaken.
IJkingsproef voor dierenartsen?
De faculteit met procentueel de meeste nieuwe bachelorstudenten is de Faculteit Diergeneeskunde. Voor het tweede jaar op rij stijgt het aantal inschrijvingen er: ten opzichte van vorig jaar zullen er dit jaar ruim 32 procent meer bachelorstudenten starten. Vorig jaar was die toename nog ongeveer 11 procent. Een mogelijke verklaring is dat de Universiteit Gent tot op heden de enige in Vlaanderen is die een masteropleiding in de diergeneeskunde aanbiedt.
Een andere belangrijke factor is wellicht de recent gepubliceerde Shanghairanking, die de Faculteit Diergeneeskunde van de UGent tot de nummer één van de wereld kroonde op vlak van onderzoek. Laat ons ook niet vergeten dat ze een boerderij hebben, wat menig jongens- en meisjeshart natuurlijk sneller doet slaan. Verder is er ook een toenemende stroom aan vooral Nederlandse studenten, die de opleiding in België volgen omdat die hier toegankelijker is.
“De stijging is inderdaad wel pittig”, meent Stephanie Lenoir, woordvoerster van de Gentse universiteit. “Het wordt een flinke uitdaging om plots ruim 30 procent extra eerstejaarsstudenten te faciliteren”, vervolgt ze. Zorgen maakt ze zich evenwel niet: “Al sinds uit de eerste cijfers is gebleken dat de de studierichting ook dit jaar weer meer studenten zou aantrekken, zijn ze aan de Faculteit Diergeneeskunde druk bezig met een gepaste reactie.” Volgens Lenoir gaat het over een algemene stijging: “Ook in Antwerpen stijgt het aantal aspirant-dierenartsen.”
Dit wordt ook bevestigd door professor Gasthuys, decaan van de Faculteit Diergeneeskunde. "Het aantal studenten stijgt inderdaad drastisch, mede door televisieprogramma's die het beroep van dierenarts idealiseren", vertelt de decaan, die recent nog gevraagd werd door televiesmakers om nog meer nieuwe soortgelijke programma's te helpen maken. "De motivatie van de studenten is soms ook verkeerd; tachtig procent haalt aan dat ze dierengeneeskunde studeren omdat ze 'graag dieren zien', en dat is natuurlijk niet genoeg om diergeneeskunde te studeren", verduidelijkt de decaan. Zelf geeft hij nochtans toe dat hij een keer per dag naar de kliniek trekt om de paarden te zien. De instroom van studenten met verkeerde verwachtingen en motivaties vertaalt zich volgens Professor Gasthuys helaas ook in de resultaten: "Zestig procent van de studenten volgt een GIT, waardoor het bijvoorbeeld onmogelijk is geworden om te bepalen met hoeveel men in een jaar zit. We zijn te flexibel geworden."
Het probleem van een teveel aan studenten is niet alleen een probleem tijdens de studies, maar ook na het afstuderen heeft de overbevolking gevolgen op de arbeidsmarkt. De decaan nuanceert: "Bepaalde markten zijn zeker verzadigd. Zo heeft elke straat wel een praktijk voor kleine huisdieren, en binnenkort heeft elk paard in Vlaanderen bij wijze van spreken een persoonlijke dierenarts." Volgens Gasthuys is er wel werk te vinden in andere sectoren: vooral bij nutsdieren zoals runderen en varkens, en bij voedselagentschappen, zijn er zeker nog voldoende plaatsen. "Alleen lijken die sectoren minder studenten aan te trekken", meent hij.
Moet er dan een ijkingstoets komen? Of zelfs een ingangsexamen? Professor Gasthuys denkt niet dat het zo'n vaart zal lopen, maar hij erkent het probleem wel: "We hebben al een niet-verplichte oriëntatieproef. Hieruit blijkt dat slechts tien procent van de studenten die deelneemt aan de proef ook werkelijk geschikt is voor de opleiding." De invoering van een ingangsexamen zou volgens hem te ingrijpend zijn: "Het zou het aantal studenten fors doen dalen, wat ook de middelen die de universiteit van de overheid krijgt zou onderuithalen."
Reactie toevoegen