Keuzestress: een keuze?

Lees dit artikel (of niet, natuurlijk)

Het 21e-eeuwse westers leven is een hoorn des overvloeds. Een waaier aan keuzemogelijkheden kan ons het gevoel geven uniek te zijn, maar het kan ook verlammend werken. Je zou heus niet de eerste zijn die een paniekaanval krijgt van Albert Heijns twintig soorten mayonaise.

Je maakt dagelijks honderden keuzes. Hoe laat je opstaat, wat je aandoet voor de les. Dat zijn al twee levenskeuzes nog voor het ontbijt. Toegegeven, niet elke keuze weegt even zwaar. Kiezen voor de beige dan wel kaki shorts zal je leven niet veranderen. Toch kunnen ook kleine keuzes lastig of overweldigend aanvoelen. Maar waar komt de stress om keuzes te maken vandaan, en waarom hebben sommigen er zoveel meer last van dan anderen?

Kiezen is verliezen

Bij keuzestress is het vanzelfsprekend om te denken aan de Grote Dingen des Levens. Je studiekeuze kan het verdere verloop van je leven bepalen. Door die grote gevolgen til je zwaar aan een keuze en wuif je ze niet in een-twee-drie weg. Een grote factor zijn de zogenaamde verlieskosten. De keuze vóór iets betekent in veel gevallen ook het niet-kiezen van vele andere keuzemogelijkheden, en het mogelijke geluk dat daarin zou liggen. Wanneer ik ervoor kies om geneeskunde te studeren, wordt de kans klein dat ik ooit paleontoloog zal worden. Ben ik bereid dat mogelijke leven op te geven?

De keuze vóór iets betekent in veel gevallen ook het niet-kiezen van vele andere keuzemogelijkheden, en het mogelijke geluk dat daarin zou liggen

Aan kleine, dagdagelijkse keuzes tillen we minder zwaar. Gezien we honderden keuzes per dag maken, zouden we anders permanent in een ontredderde staat rondzweven. Eet ik een broodje of een soepje in de Brug? In welk café spreken we vanavond af? De verlieskosten bij deze vragen zijn veel lager. Een tas dikke wortelsoep kiezen zal je niet nirvana doen ervaren, en indien wel kan je altijd de volgende dag een andere keuze maken. Toch blijft keuzestress een sluwe stalker: hij overvalt ons zelfs op de meest banale momenten. 

Hoe werkt keuzestress?

Centraal bij keuzestress is de potentialis, de voorwaardelijke vorm. Alles draait om mogelijk toekomstig geluk of ongeluk door een keuze die jij maakt. Keuzestress wordt namelijk sterk aangestuurd door spijtgevoelens. Spijt is een sterke, negatieve emotionele reactie op een keuze die slecht uitdraait. Je stelt jezelf verantwoordelijk voor het maken van die keuze, waardoor je eigenlijk jezelf (mogelijk) geluk ontneemt. Mensen met een hoge emotionele sensitiviteit en/of een groot verantwoordelijkheidsgevoel zullen daarom meer stilstaan bij hun keuzes. Om spijtgevoelens zoveel mogelijk tegen te gaan, willen ze op voorhand genoeg beredeneren om juiste keuzes te maken. Klinkt verstandig, toch? Wel, beredeneerde keuzes maken is een tweesnijdend zwaard, want het slaat al snel over in piekeren. 

Kritisch nadenken over de eigen keuzes kan werken als een vicieuze cirkel. Blijven peinzen over het eigen geluk gaat het in twijfel trekken, waardoor er nog meer gewicht wordt toegekend aan het maken van keuzes, zelfs over alledaagse dingen. Beredeneerde keuzes zadelen ons misschien minder op met spijtgevoelens, maar gewoon leren gelukkig zijn met de situatie zoals ze was, vermindert de spijt nog meer. 

Drink water en de goede keuze volgt later

Naast de conventionele tips om met keuzestress om te gaan, zijn er ook enkele outside-the-boxtechnieken die kunnen helpen om moeilijke knopen door te hakken. Veel drinken is altijd een goed idee, maar het kan ook helpen in tijden van keuzestress. Het controleren van een volle blaas heeft een uitdeinend effect naar andere vormen van geduld. Het klinkt averechts, maar een toiletbezoek uitstellen zorgt voor meer geduld en weloverwogen keuzes.

Je kan seks zien als een psychologische versie van je computer heropstarten wanneer alles begint vast te lopen

Ook weg van de lange rij aan de gemeenschappelijke kot-wc kan je je lichaam richting goede keuzes gidsen. Post-nut-clarity (of het gevoel van mentale helderheid na seks) klinkt als een goedkoop excuus om je uit de kleren te krijgen, maar is wel degelijk wetenschappelijk onderbouwd. Tijdens coïtale activiteiten verlaagt de activitivieit in de laterale orbitofrontale cortex, het deel van je brein dat logisch beredeneert en oordeelt. Na een orgasme start dat centrum opnieuw op, waardoor je heel bewust bent van verhoogde activiteit. Je kan seks zien als een psychologische versie van je computer heropstarten wanneer alles begint vast te lopen. Het is als RAM-geheugen, maar dan anders.

Tips tegen keuzestress

  1. Trek je onderbewustzijn niet voortdurend in twijfel. Vaak heb je zonder het te weten al een berekening gemaakt van alle factoren die jij het belangrijkst vindt, waardoor je instictief naar iets neigt. 
     
  2. Rationaliseer en bekijk keuzemogelijkheden van alle kanten. Zo leg je minder de klemtoon op je eigen verantwoordelijkheid voor een keuze, maar leg je de schuld bij Plato of Descartes.
     
  3. Limiteer je keuzemogelijkheden. Zoek niet elke mogelijke optie op, maar zoek enkele die goed genoeg zijn, en kies op basis daarvan. De kans dat je iets beters vindt door jezelf uit te putten is toch nagenoeg nihil, dus bespaar jezelf de (emotionele) moeite.
     
  4. Seks.
     
  5. Til minder zwaar aan de gevolgen. De mogelijke positieve of negatieve effecten zullen nooit zo intens of zwaar zijn als je ze in je hoofd inbeeldt. Bovendien kan je nooit op voorhand weten wat alle mogelijke consequenties zijn, dus ze aanvaarden en leren appreciëren is makkelijker dan er steeds tegen te vechten.
0
Gemiddeld: 5 (1 stem)

Reactie toevoegen