'Poltergent': de schaduwen en schimmen van de lichtstad.

Bestaan geesten echt? Dwalen en spoken er witte lakens en verloren zielen uit de onderwereld door deze studentenstad? Op die vraag valt praktisch geen antwoord te bieden. 

Voelt men deze winter een ijzige rilling of een kille bries door het lichaam waarna men het diep vanbinnen koud kreeg? Vrees dan niet! Gent heeft een reeks van paragnosten en helderzienden te bieden.

Waar moeten die tarotlezers en waarzeggers de kwetsbare student tegen beschermen? Tot 1884 had men daar een antwoord op. Aan de Nederschelde stond vroeger een huis met de naam 'Het Spookhuis'. Pierre-Louis Vidal was een Frans ambtenaar die na de inval van de Franse republikeinen in Gent kwam wonen samen met zijn vrouw. In hun herenhuis werden twee schone dochters geboren, Louise en Virginie. Na de dood van hun ouders verhuisde Virginie terug naar haar ouderlijk huis samen met haar man en haar dochter Angélique. Later sloeg het noodlot toe, haar dochter stierf op 21-jarige leeftijd aan een kwijnende ziekte. De ouders van het jonge meisje hadden vervolgens beslist om het grote salon op de eerste verdieping om te vormen in een rouwkapel. De doodkist had een glazen deksel zodat Virginie altijd naar haar overleden dochter kon kijken. Jaren en jaren zonderde de vrouw zich af en verpieterde ze naast de doodskist. Ze verliet enkel haar dochters zijde om nieuws aan de deur te ontvangen en om bloemen te plukken in de tuin voor op het graf te leggen. Het tragische zicht van de bejaarde vrouw gehuld in een wit kleed met grijze haren heeft de legende van Het Spookhuis doen ontstaan. Het huis werd eind negentiende eeuw - destijds was het al vervallen - gesloopt bij het dempen van de Schelde.

Als men iemand vandaag de dag de stuipen op het lijf wil jagen, moet men gewoon een twintigtal minuten op de trein zitten. In Brugge staat in de Spanjaardstraat ook een huis dat de naam 'Het Spookhuis' draagt. Het huis Den Noodt Gods was een nonnenklooster dat verbonden was met het nabijgelegen Augustijnenklooster door ondergrondse gangen. De paters kwamen vaak langs bij het klooster om de Heilige Mis op te dragen en biecht te horen. Toen een pater verliefd werd op een novice, de 23- jarige Hortence Dupont, gebruikte hij de geheime doorgang om haar op te zoeken. Hoewel ze allebei verliefd waren, bleef de jonge non in de knoop met de morele gevolgen van hun liefdesband. In een vlaag van woede vermoordde de afgewezen pater haar en verdween hij. Nooit is er een lijk of dader opgespoord. De nonnen zochten elders onderdak nadat er gefluisterd werd dat het huis behekst was. Het huis staat nog steeds in Brugge en is door de Vlaamse overheid vastgesteld als bouwkundig erfgoed en beschermd monument.

Of geesten bestaan, blijft de vraag. Het feit is dat deze akelige spookhuizen, al dan niet bewoond door spoken, het levend bewijs zijn dat volksverhalen waardevol blijven. Deze gebouwen dragen immers de rijke geschiedenis van twee steden, en cultureel erfgoed - hoe eng het ook mag zijn - zou moeten gekoesterd worden.

Nog geen stemmen

Reactie toevoegen