De tijd van ongeremde academische vrijheid lijkt voorbij. Wereldwijd snoeren autoritaire figuren universiteiten de mond, maar als het aan de studenten ligt, zal dat niet zonder slag of stoot gebeuren. De geschiedenis is hen immers gunstig gezind.
Academische vrijheid wereldwijd
Elk jaar meet de Academic Freedom Index de academische vrijheid in bijna alle landen ter wereld. Hoewel de index van dit jaar nog moet verschijnen, zien de resultaten van 2024 er niet bepaald rooskleurig uit. In 2025 lijkt het momenteel niet beter te worden. België is met een score van 0.96 (op 1) een voorbeeldleerling op het vlak van academische vrijheid, waar professoren, assistenten en studenten naar hartenlust kunnen publiceren. In de EU bengelt Hongarije onderaan met een zieltogende score van 0.3. Buiten de EU zetten Rusland, Wit-Rusland en Oekraïne, deels als gevolg van de vernietigingen tijdens de oorlog, de slechtste scores neer. Turkije haalt een trieste 0.12, voornamelijk onder invloed van de autocratische president Erdogan. De Verenigde Staten, het wetenschappelijke powerhouse van de wereld, behalen een historisch lage score: 0.68, terwijl dat cijfer decennialang rond de 0.90 schommelde.
Onder de westerse landen kent de VS de grootste achteruitgang, waar republikeinse staten het vrije onderwijs aan banden leggen, onder meer door critical race theory te verbannen. Dat lijkt nu klein bier in vergelijking met president Trumps aanvallen op de prestigieuze universiteiten Columbia en Harvard. Die eerste heeft al gecapituleerd, de laatste is verwikkeld in een rechtszaak met de federale overheid. Trump eist dat Harvard haar DEI-programma's afschaft, de erkenning van pro-Palestijnse studentenbewegingen intrekt, en enkele vakken hervormt die zogezegd antisemitisme promoten. Harvard weigerde, en Trump trok daarop een paar miljard dollar aan subsidies in. De Ivy League-universiteit probeert die nu terug te krijgen in de rechtbank.
De Ivy League-universiteit probeert haar subsidies nu terug te krijgen in de rechtbank
Trump richt zich niet alleen op de universiteiten, maar gaat ook tekeer tegen de studenten zelf. Vooral studenten die geen Amerikaans staatsburger zijn, lopen gevaar. Zeker pro-Palestijnse activisten zitten in een risicovolle situatie. Zo'n zeshonderd studenten zagen hun visum al tenietgaan. Dreigen met deportatie is echter niet enkel een Amerikaans gegeven; ook Duitsland heeft plannen om pro-Palestijnse activisten te deporteren. De Dienst Immigratie zou vier mensen hebben laten weten dat ze gedeporteerd worden vanwege hun vermeende betrokkenheid bij protesten tegen het optreden van de Israëlische staat. Deze deportaties werden ondernomen vóór hun zaak voor een rechtbank verscheen. Dit roept vragen op over de geloofwaardigheid van de Duitse rechtsstaat.
In Turkije is de democratische erosie op een hoogtepunt gebracht door de arrestatie van de politieke rivaal van president Erdogan, samen met duizend anderen, waaronder studenten, professoren en artiesten die zich kritisch uitlieten over de arrestatie. Momenteel lijkt deze politieke repressie de laatste mokerslag voor de tanende Turkse democratie.
Studenten slaan terug
De intimidatie van kabinet-Trump II jegens de universiteiten is een manier om de controle van de overheid te vergroten en tegenspraak de kop in te drukken. In Duitsland worden mensen vanwege hun mening zonder gerechtelijk proces verbannen − een praktijk die evenmin rekening houdt met de scheiding der machten. De schending van deze scheiding werkt machtsmisbruik en autocratische regimes in de hand. Ondanks dat instellingen lijken te bezwijken onder de druk, blijven studenten aller landen niet bij de pakken zitten. Ze verzetten zich tegen de onderdrukking en censuur op hun campus en gaan de straat op om ondemocratische tendensen te weren.
De intimidatie van kabinet-Trump II is een manier om de controle van de overheid te vergroten
Dit verzet heeft ook Servië bereikt, waar studenten een protest lanceerden nadat een treinstation instortte in Novi Sad, waarbij zestien mensen het leven lieten. Honderdduizenden Serven komen op straat om de regering aan het wankelen te brengen en uiteindelijk te doen vallen. Momenteel is dit een van de grootste protesten wereldwijd waarbij studenten de voorhoede vormen.
Nederlandse bezuinigingen hoger onderwijs
Democratische erosie is een zorgwekkende tendens die zich verspreidt door de westerse wereld, ook bij onze buurlanden. De huidige Nederlandse regering begon na de formatie direct met het inhakken op de financiering van het hoger onderwijs. Er zou een miljard bezuinigd worden en er waren ook plannen rond een langstudeerboete, waardoor studenten bij meer dan een jaar studievertraging drieduizend euro per jaar aan boete zouden moeten betalen. Deze ideeën schoten in het verkeerde keelgat van de universiteiten en studenten, die massaal protesteerden tegen de regelingen. Vanuit alle hoeken van de maatschappij werd er kritiek geuit op de voorstellen van de regering. Uiteindelijk leidden de protestacties en landelijke onvrede ertoe dat de langstudeerboete volledig uit de plannen verwijderd is en de bezuinigingen verlaagd zijn tot 'maar' 1,2 miljoen.
Hoewel de besparingen van minder radicale aard zijn dan eerst gepland, brengen ze nog steeds veel schade toe aan de universiteiten. Studies met weinig studenten, meestal in de letterenfaculteit, worden door universiteiten afgeschaft omdat ze niet langer winstgevend zijn. Zo stopt in Leiden de opleiding Afrikanistiek en worden in Utrecht zelfs de studies Frans, Duits en Arabisch afgeschaft. De strijd is nog niet gestreden: op 10 juni zal er opnieuw een landelijk protest plaatsvinden. In een wereld die om geld draait, zijn besparingen niet enkel pragmatisch, maar ook een bewuste actie om de academische vrijheid te beknotten.

Reactie toevoegen