Nu volgen de studenten geneeskunde les op Campus UZ, maar tot de jaren 60 moesten ze naar de huidige Bijlokesite.
Al sinds de dertiende eeuw was er aan de Bijloke een hospitaal gevestigd waar de cisterciënzerzusters aan ziekenzorg deden. Dit hospitaal werd in de eeuwen daarna gedoopt tot het Stedelijk Ziekenhuis De Bijloke en bleef in werking tot maar liefst 1982 toen de activiteiten verhuisden naar het AZ Jan Palfijn aan de Watersportbaan.
Toen in 1817 de Rijksuniversiteit Gent werd opgericht, had de opleiding geneeskunde gebouwen nodig om onderzoek te voeren en praktijklessen te geven. Naast gebouwen in de Voldersstraat, konden de studenten ook terecht in het Bijlokeziekenhuis voor onder andere anatomische dissecties. Alleen voldeden de middeleeuwse gebouwen, met hun kleine gotische ramen en slechte ventilatie, helemaal niet meer aan de nieuwe noden. De wetenschappen, en ook de geneeskunde, vertakten zich namelijk steeds meer in specialisaties. Bovendien kwam experimenteren centraal te staan. Daarom begon Gents architect Adolphe Pauli er een nieuw anatomisch instituut te bouwen in de tweede helft van de 19e eeuw.
Wist je trouwens dat vroeger alleen in de wintermaanden dissecties gebeurden? In de zomer gingen de lijken door de warmte ontbinden en stinken.
Een kroonjuweel van dat nieuwe instituut was het anatomisch theater, dat nu deel uitmaakt van het Muziekcentrum De Bijloke en zeker de moeite waard is om eens te bezoeken. Anatomische theaters waren al sinds de late 16e eeuw helemaal hot in de geneeskunde. De dissecties van menselijke én dierlijke kadavers waren cruciaal om het menselijk lichaam beter in kaart te brengen. Wist je trouwens dat vroeger alleen in de wintermaanden dissecties gebeurden? In de zomer gingen de lijken door de warmte ontbinden en stinken. Het anatomisch theater is een halfcirkelvormig theater met houten lessenaars en trappen. Een leuk detail is dat er op elke lessenaar een plaats was voorzien voor het inktpotje van de student. Die student moest het niet al te comfortabel hebben gehad tijdens de les, de huidige auditoria van de UGent zijn toch een stuk comfortabeler. De grote ramen zorgen voor het licht dat nodig is voor een dissectie.
Op de Bijlokesite zijn er niet één, maar wel twee anatomische theaters te vinden. Naast datgene in het muziekcentrum heb je ook nog de 'Cirque' in de gebouwen van het KASK. De 'Cirque' maakte deel uit van de (Poli)Klinische Instituten dat Louis Cloquet voor de universiteit ontworp tussen 1899 en 1900. Dit auditorium is fraai gerestaureerd en zwart-wit geschilderd. Bovenaan zie je een prachtig koepelplafond en onderaan kun je gaan snuisteren in de verborgen keldergangen. Al tijdens het interbellum bleek dat het Stedelijk Ziekenhuis en de (relatief nieuwe) universiteitsgebouwen tekortschoten in de medische zorg. Er werd dan besloten om een eigen Academisch Ziekenhuis te bouwen in Zwijnaarde met financiële steun van de overheid. Na wat vertraging vierde de universiteit in 1959 de officiële opening van haar eigen ziekenhuis, het huidige UZ. Tot 1970 was er nog een overgangsperiode waarin het materiaal, de studenten en de patiënten stuk voor stuk verhuisden van de Bijloke naar het UZ.
Vandaag worden beide theaters gebruikt voor lessen, lezingen en andere publieke evenementen.
Reactie toevoegen