Jarenlang dacht ik dat ik mijn normen en waarden op een rijtje had. Ik probeer geen vlees te eten, want dat is niet duurzaam. Ik probeer het openbaar vervoer te nemen, want dat is minder vervuilend. Ik probeer geen fast fashion te kopen en ik steun liever lokale en tweedehandswinkels. Ik probeer mijn gemeenschap proper te houden door zelf af en toe sluikstort op te ruimen. Ik probeer racisme en onwetendheid tegen te gaan door vrijwilligerswerk te doen. Ik probeer …
Ik probeer heel veel, maar steeds vaker word ik geconfronteerd met mijn eigen onkunde en futiliteit. Ik vind het heel moeilijk om mijn eigen normen en waarden – die ik zelf zo belangrijk vind – op te volgen. Het is vaak verleidelijker om een half uur met de auto naar Gent reizen dan anderhalf uur met het openbaar vervoer. Het is vaak eenvoudiger om toe te geven aan de vleesconsumptie wanneer er geen vegetarische opties voorhanden zijn. Het is vaak makkelijker om thuis op de bank te zitten in plaats van buiten de wereld te verbeteren.
Daarnaast ervaar ik regelmatig afkeurende reacties van mijn omgeving. Ten gevolge van mijn vegetarisme ging mijn omgeving meer vlees eten, gewoon om me te plagen. Als reactie op mijn vrijwilligerswerk krijg ik de vraag of ik mijn tijd niet liever aan mezelf spendeer. Ook krijg ik vaak de vraag waarom ik tweedehandskledij koop als ik me 'gewone kledij' kan veroorloven. In een maatschappij die zo rond het ego en de consumptie draait, word ik bijna tegengehouden om iets voor een ander te doen.
Ten laatste stel ik steeds vaker het bereik van mijn activisme in vraag. Wat is de impact van één vegetariër op een bevolking van zeven miljard? Wat betekent één opgeruimde stortplaats als de week erna een nieuwe ontstaat? Welk verschil maakt één treinrit als er miljarden auto's op de wereld zijn? Ondanks alle weerstand kan ik deze normen en waarden niet van me losschudden en voel ik me schuldig wanneer ik me er niet aan houd. Ik blijf vasthouden aan het naïef ideaal dat ik ooit de wereld echt kan verbeteren.
Reactie toevoegen