Die ene van historische kritiek, die andere van biomechanica en ook nog dingske van verbintenissenrecht. De UGent barst van de intrigerende professoren. Wie zijn ze en wat doen ze? Maar vooral: wat drijft hen precies? Een exclusieve kijk in de wereld van onze Prof Préféré.
Bart Van de Putte is professor aan de vakgroep Sociologie van de UGent en ook de ombudspersoon van de faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen. Hijzelf vindt dat hij een van de beste jobs ter wereld heeft.
Wat gebeurde er in de laatste droom die je je herinnert?
"Onlangs had ik een heel bizarre droom. Ik droomde dat ik Boris Johnson probeerde uit te leggen waarom hij beter nog een referendum voor de Brexit zou organiseren. Hij was heel vriendelijk en we hebben er samen rustig over gepraat. Ik herinner me nog dat ik op het einde zelfs dacht: 'Moh, da's wel nog een toffe gast, die Boris.' En toen werd ik wakker."
Wat was je favoriete activiteit als kind?
"Ik kan me herinneren dat ik als kind constant aan het bladeren was door atlassen en kaarten. Wanneer we gingen wandelen, was ik altijd degene die vooraan stond om de kaart te lezen. Zelfs nu eis ik die rol nog steeds op, want anders komen we niet op de bestemming. Er is namelijk een universele wet: wanneer je gaat wandelen met een groep, heeft altijd degene die er het minste van kent de kaart vast. Dus dat tracht ik te vermijden door de verantwoordelijkheid op mij te nemen. Cartograaf worden stond trouwens ook op mijn lijstje toen ik jong was. Ik ben gewoon het liefst van al bezig met kaarten. Mocht iemand mij zeggen: 'Je mag je vanaf nu tot je pensioen bezig houden met kaarten en je wordt er nog voor betaald ook,' dan zou ik meteen tekenen. Hier en nu."
"Ik ben erg goed in flauwe woordgrapjes maken"
De meeste studenten kennen jou wel als een chille prof, die zichzelf niet te au sérieux neemt. Maar wat is volgens jou de plaats van gezag binnen het onderwijs?
"Dat vind ik een ongelooflijk belangrijke vraag. Ik ben daar als ombudspersoon zelf ook heel erg mee bezig. Wat wij, proffen, vaak niet beseffen, is dat we ouder zijn, meer ervaring hebben. We vergeten vaak ook hoe het is om student te zijn. Wij hebben een erg hoge hiërarchische positie en dat vormt vaak een drempel naar de student toe, wanneer ze ons iets willen vragen of toevertrouwen. Deze hogere positie wordt vaak ook bevestigd wanneer we feedback geven op hun papers, wat bij de studenten vaak binnenkomt als kritiek. Ondanks dat het meestal niet zo bedoeld is, komt het er soms minder genuanceerd uit. Je mag als lesgever nooit te ver gaan in het beoordelen van iemands werk. Feedback hoort geen waardeoordeel te zijn over de persoon zelf. Verder moet er in het auditorium uiteraard orde zijn. Maar wanneer studenten de les niet echt verstoren, hoef je je daar ook niet druk om te maken. Ook hoe je reageert op zulke zaken is van belang."
Om af te sluiten, heb je een verborgen talent?
"Ik ben erg goed in flauwe woordmopjes maken voor de leeftijdscategorie van 8 tot 11 jaar. Gelukkig hebben mijn kinderen nog de leeftijd dat ze het hilarisch vinden. Verder ben ik ook erg goed in het aan één stuk bergop fietsen voor een uur lang. Oh, en trouwens: ik ben de king of the risotto. Ik eet nooit risotto op restaurant, want dat kan nooit zo goed zijn als de mijne. #ProveMeWrong."
Reactie toevoegen