Wat voor een student ben jij tijdens de examens?

Examens, stress, punten. Is dit veelvoorkomende woordenschat in je alledaags taalgebruik? Of juist helemaal niet? Weet je wel wat voor student je bent? Tel je score op en kom het te weten. Tijd voor een existentiële identiteitscrisis? Test het hier!

Het is donderdagavond tijdens de examenperiode. Jouw vrienden gaan uit, wat doe jij?

Je gaat mee, duh! 3

Je twijfelt, maar gaat toch mee. 2

Nooit van jouw leven zou je uitgaan tijdens de examens! 1

De glorie van het Belgische koninkrijk verdedigen in den Congo. 4

 

Wat zijn jouw plannen deze zomer?

Genieten van de zon, ijsjes eten, met vrienden uitgaan. 2

Studeren, want ik moet echt slagen voor dat herexamen. 1

Zomervakantie? Is het niet al het hele jaar vakantie? 3

Mijn rubberplantages gaan controleren. 4

 

Je hebt een examen om 10 uur. Wat doe je?

Ik sta op om 6 uur zodat ik nog eens kan herhalen. 1

Ik sta op om 8 uur, maak me op mijn gemak klaar en ontspan nog even. 2

Ik blijf lekker in bed liggen, er zijn herexamens met een reden. 3

Ik verban de prof uit België, want examens mogen niet zo vroeg vallen. 4

 

Wat is jouw mood tijdens de examenperiode?

Stressvol, wat als ik geen onderscheiding krijg? 1

Ontspannen, want ik neem toch niet deel aan de examens. 3

Gelukkig, want ik heb toch al één examen gedaan. 2

Apathisch, want ik blijf stichter, eigenaar en soeverein van de Onafhankelijke Congostaat, mijn privéproject. 4

 

Wat is je grootste droom voor de toekomst?

Direct na mijn studies gaan werken. 1

Feesten tot ik erbij neerval. 3

Reizen, ontdekken en af en toe werken. 2

Het veroveren van Nederland en zo één groot België creëren. 4

 

Wanneer begin jij te blokken voor de examenperiode?

Ik heb doorheen het jaar al mijn studiewerk gedaan, ik moet alleen nog herhalen. 1

Vanaf de inhaalweek begin ik eraan. 2

Een uur op voorhand, als ik kan opstaan tenminste. 3

Wanneer het koninklijk paleis in Laken af is. 4

 

Tel je punten op en kom te weten welk type student jij bent!

De onterecht onzekere Ophelia (6-9)

Jij bent de persoon die voor het examen iedereen ondervraagt, maar overal zelf het antwoord geeft. Je gaat overal zeggen dat je niet genoeg hebt gestudeerd en je zal buizen, terwijl er op jouw puntenbriefje 17, 18 of 19 prijkt. Je irriteert je medestudenten urenlang met onderwerpen die we niet moesten blokken, maar waarvoor jij nog tijd overhad om ze toch nog in je overvolle hoofd te proppen.

De doorsnee doordeweekse Daisy (10-14)

Genietend van het leven ga jij door het academiejaar, maar wanneer het nodig is, zet je je in. Soms geef je de moed op en buis je, maar je haalt deze in de zomer wel op. Als je ’s avonds nog 3 hoofdstukken moet leren, dan ga je door tot je niet meer kan, maar je zal ook nooit langer dan nodig studeren. Pauze nemen doe je door een serietje te bingen, en studeren doe je met samenvattingen. Jouw toekomst is onzeker, maar je vindt het onzekere wel leuk.

De fluitend feestende Felix (15-18)

Het woord examens staat niet in jouw woordenboek. Jij bent enkel student voor de verenigingen, de feestjes en de studentenvoordelen in de Brug. Als je toch een examen meedoet, dan dien je dit vodje papier blanco in en hoop je dat er punten gegeven worden op de moeite om aanwezig te zijn.

De lijpste legeraanvoeder Leopold II (24)

Je bent heerser van België en al een dikke honderd jaar dood. Geen idee hoe je er dan toch in geslaagd bent om deze quiz te doen, maar nu je er toch bent, mag je je evengoed eens excuseren voor de wanpraktijken in Congo (shout-out naar de VN!). Wat was daar allemaal aan de hand zeg?!

Nog geen stemmen

Reactie toevoegen