“Zelfs als je geld in de zee gooit, zou het tot een betere samenleving leiden”

Een interview met Richard Wilkinson

Vorige maand haalden onze vriendjes van Comac de Britse sociaal-epidemioloog Richard Wilkinson naar Gent. Nadat we beloofd hadden onze kennis van de Internationale bij te schaven, mochten we bij Wilkinson op gesprek. In de Starbucks, want zo rebels zijn we wel.

Wilkinson

Sociale epidemiologie is een jonge wetenschap. Waar epidemiologen vroeger steevast dokters waren, was Wilkinson een van de eersten die op zoek ging naar de invloed van de maatschappij op de gezondheid. Met een eerste wapenfeit, in de jaren 70, toonde hij een link aan tussen ongelijkheid en levensverwachting. Verder onderzoek bracht ongelijkheid in verband met wel meer euvel: “Ongelijkheid leidt niet alleen tot een slechtere gezondheid, maar ook tot meer geweld, een zwakker gemeenschapsleven, slechtere schoolprestaties, enzovoort.”

De jungle

“Onderzoekers hebben aangetoond dat er in ongelijkere samenlevingen meer statusangst is. Niet alleen onderaan de sociale ladder, maar in alle inkomensgroepen. Als je leeft in een maatschappij met grote ongelijkheid, waar sommige mensen heel belangrijk zijn en anderen bijna waardeloos, dan maken we ons allemaal meer zorgen over hoe we bekeken worden en beoordelen we anderen ook meer op basis van hun status. Daarop kan je op twee manieren reageren: je wordt overmand door een gebrek aan zelfvertrouwen, sociaal contact wordt stresserend, en je trekt je terug uit je sociaal leven, of je brengt je prestaties en talenten te pas en te onpas op. Zowel gebrekkig zelfvertrouwen als narcisme nemen toe bij groeiende ongelijkheid.”

Daarom moet ongelijkheid volgens Wilkinson in de eerste plaats aanzien worden als een sociale verhouding. “Het vergroot gevoelens van superioriteit en inferioriteit. We zijn er heel gevoelig voor dat anderen op ons neerkijken, en natuurlijk is dat de reden waarom geweld samen met ongelijkheid toeneemt. Ik herinner mij een uitspraak van een Amerikaan over hoe wonderbaarlijk veel respect je krijgt als je iemand een pistool tegen het hoofd houdt.”

Dit proces heeft ook minder sociale cohesie tot gevolg. “Er zijn een aantal studies die aantonen dat mensen elkaar minder vertrouwen. Als je kijkt naar de meest ongelijke plaatsen op aarde, landen als Mexico of Zuid-Afrika, dan zie je huizen met tralies voor de vensters, en prikkeldraad of elektrische omheiningen rond de tuinen. Twee Amerikaanse economen hebben hetzelfde fenomeen aangetoond door het percentage van de bevolking te bekijken dat een bewakingsopdracht uitvoert, mensen als beveiligingsagenten, politieagenten en cipiers. Dat percentage gaat samen met ongelijkheid naar omhoog. En natuurlijk zijn zij de mensen die wij gebruiken om ons tegen elkaar te beschermen.”

"We worden allemaal meer statusbewust"

“Wat al deze zaken met elkaar gemeen hebben,” vervolgt Wilkinson, “is dat het problemen met een sociale gradiënt zijn. Slechte gezondheid, druggebruik en geweld komen voor aan de top, maar zijn wijder verspreid in de onderste laag van de maatschappij. Op zich is wat ik zeg vrij simpel: de problemen waarvan we weten dat ze beïnvloed worden door sociale status, worden erger wanneer statusverschillen toenemen. De enige verrassing is dat ze niet alleen erger worden onder de armen; we worden allemaal meer statusbewust.”

De aap

“De kwaliteit van je sociale relaties is absoluut cruciaal voor gezondheid en geluk. Een meta-analyse van studies over gezondheid en geluk heeft aangetoond dat voor je overlevingskansen de vraag of je vrienden hebt, en hoeveel je er hebt, belangrijker is dan de vraag of je rookt. Dat was een meta-analyse van meer dan honderdvijftig studies!”

“Toen ik eerst begon na te denken over inkomensongelijkheid, dacht iedereen nog steeds dat geld belangrijk was omdat het je een beter huis en beter eten bezorgde, niet omdat het je plaats tegenover anderen bepaalde. We dachten dat klassenverschillen een proxy waren voor de echte oorzaken die erachter schuilden. Maar toen kwam in onderzoek naar apen de sociale positie zelf naar voren. De dieren met de laagste status hadden meer cholesterol, meer stresshormonen. Geleidelijk aan ontdekten we ook dat echt traumatiserende ervaringen, zoals een kind verliezen, een effect hebben op gezondheid. En toen begon men te experimenteren. Sheldon Cohen gaf mensen neusdruppels met verkoudheidsvirussen in, en ontdekte dat mensen met minder vrienden vier keer zo veel kans maken om ziek te worden. In andere experimenten zagen we dat wonden beter genezen bij mensen met betere sociale relaties, omdat ze minder stress hebben.”

"Of je vrienden hebt, is belangrijker dan of je rookt."

“Wat ongelijkheid dus doet, is de belangrijkste bronnen van welzijn beschadigen. We hebben het einde bereikt van de mate waarin we onze levenskwaliteit kunnen verbeteren door materiële groei. In rijke landen correleren welzijn en geluk niet langer met economische groei. Vroeger nam gezondheids samen met BBP per capita toe, maar dat is nu gestopt.”

“Tijdens een seminarie zei ik eens dat onze gezondheid zou verbeteren mochten we de rijken meer belasten. Verschillende mensen reageerden toen dat dat zou afhangen van wat je met dat geld deed: wel als de armen het gebruikten om beter eten te kopen, niet als ze het aan drank spendeerden. Daarop antwoordde ik: ‘Nee, zelfs als je het in de zee gooit, zou het tot een betere samenleving leiden.’”

De Hongaar

“In de jaren 70 en 80 begonnen sociologen de notie 'klasse' overboord te gooien, en zeiden ze dat het ging om een identiteit die door consumptie werd uitgedrukt. Wij zaten natuurlijk nog met die gigantische verschillen in mortaliteitscijfers, dus die fout maakten we niet. Een van de centrale studies waar we in de jaren 70 en 80  rond werkten, heet de 'Whitehall Studies'. Daarvoor bestudeerden ze ambtenaren in Britse ministeries, van liftbedienden tot topambtenaren. De overgrote meerderheid van die mensen had zichzelf als middenklasse omschreven, maar toch ontdekten we dat mensen onderaan de hiërarchie drie keer zo veel kans hadden om te sterven als de mensen bovenaan.”

“Kijk trouwens ook naar landen met grote ongelijkheid, zoals Mexico, Zuid-Afrika, of het Rusland van de oligarchen: hun ongelijkheid is er om heel verschillende redenen, maar ze kennen allemaal gigantische geweldniveaus. Ik denk dus dat ongelijkheid een bepalende factor is van cultuur, en niet omgekeerd.”

"Ze praten niet meer over liefde en muziek en poëzie"

Dat bracht onze kritische ingesteldheid tot dat grote experiment in een klassenloze maatschappij, namelijk het Oostblok. “In de jaren 80 probeerden we wat workshops te organiseren met mensen uit Oost-Europa, om te zien of we gezondheidsongelijkheid in hun landen konden bestuderen. Mortaliteit hing nauwelijks samen met socio-economische positie. Het algemene patroon is vrij interessant: tot de late jaren 60 was er een grote overlap tussen Oost- en West-Europa, en hadden sommige Oost-Europese landen zelfs betere levensverwachtingen dan sommige West-Europese. Hoewel armer, leefde men in Oost-Duitsland langer dan in West-Duitsland."

"Maar vanaf eind jaren 60 stokte de verbetering in levensverwachting in het Oostblok, terwijl ze in West-Europa bleef vooruitgaan. Als je zou ontdekken wat er verkeerd ging in de late jaren 60, zouden we weten waarom de muur viel twintig jaar later. Het is echt frappant. Ik ben er zeker geen expert in, maar ik herinner me gelezen te hebben over mensen die zeiden dat de kwaliteit van het sociale leven was veranderd. Ik weet niet of dat door de politiestaat kwam, maar ze zeiden dat het sociale leven geprivatiseerd werd, dat het iets was dat je deed met een paar vrienden op private plaatsen, in plaats van met gemeenschapszin en vriendelijkheid op straat. Voor een film over een boek van mij interviewden ze eens een Hongaar die lang was opgesloten geweest na de Hongaarse opstand van 1956. Ze vroegen hem of hij enige verandering in de samenleving had opgemerkt. Heel spontaan antwoordde hij toen: "Ja, iedereen, ze praten niet meer over liefde en muziek en poëzie. Ze praten over hoe ik een betere auto dan jij kan krijgen.”

Gemiddeld: 5 (1 stem)

Reactie toevoegen