Het programmaboekje waarschuwde ons op voorhand de oordoppen niet thuis te vergeten, want de vrijdag van Boomtown 2017 beloofde hard te worden. Een waarschuwing die niet gelogen bleek.
Dag vijf op Boomtown werd er namelijk één van keuzes maken: liefhebbers van harde gitaren konden hun hart ophalen in de Handelsbeurs, terwijl op de Kouter elektronica van alle soorten en maten uw heupen beroerden. Wij probeerden het beste van de twee werelden mee te pikken.
Monster van Kortrijk
Gezien de hitte leek het ons geen slecht idee om binnen te beginnen, meerbepaald bij Supergenius. Deze Kortrijkse mannen, met stevige roots in de (post)metal en de hardcore punk, proberen er de alternatieve kant bij te betrekken. Samengesteld uit leden van Oathbreaker, Wiegedood, Rise and Fall en Beecher kwam deze Frankensteineske groep op het podium van de Handelsbeurs tevoorschijn. Hun nieuwe single ‘Supertired’ werd ons ter oren geworpen, een plaat die recht voor zijn raap is en vanaf de eerste seconde duidelijk maakt waar het rond draait: weinig zever en veel gitaren. Veel tijd om te blijven staan en iets meer dan een eerste indruk krijgen hadden we niet, want ondertussen was Shht in de openlucht al aan iets speciaals begonnen - en dat konden we niet laten liggen.
Zwiegt e kè
Een beetje recensent neemt notities tijdens het bekijken van een optreden. Die van ons begonnen met ‘wadafuq?’ en eindigden met ‘zoalig!’. Gekleed in de vreselijke kleurencombinatie, beter bekend als onze Belgische driekleur, kwamen deze rasechte Gentse jongemannen op het podium gegleden. Naast de klassieke vijfdelige opstelling van frontman (Michiel), gitarist (Nathan), bassist (Fabio), toetsenist (Mathijs) en drummer (Wouter), verrijkt Shht de act nog eens met z’n hoogst eigen podiumfilosoof (Esteban), een levend statief voor het mengpaneel (onbekend) en een gemaskerde man die rondvloog tussen podium en publiek om dit alles al stampend vast te leggen (noodzakelijkerwijze ook onbekend).
Progressieve rock zouden de mannen brengen, gekruid met lekker veel humor. Maar Shht heeft naast een goed gevoel voor (muzikale) geestigheden ook respect voor de zwaardere onderwerpen des levens. Halverwege het optreden zwegen de muziekinstrumenten en brak de stilte los. Even schikte Esteban z’n zwart-geel-rode strikje recht en vertelde ons vervolgens over Nietzsche en het psychoanalytisch concept van de gespleten ziel. De stilte bleef nazinderen. Daar moet een mens even over nadenken. Maar ook niet te lang, want nadenken is lastig. Daarbovenop was het ook tijd om de act af te sluiten. Een paar tranen begonnen in onze ooghoeken op te wellen, maar die werden als snel gedroogd door het weerklinken van het Belgische volkslied. Een mens zou er nog van verschieten, wat verborgen lagen auto-tune in het lied van het vaderland naar boven kunnen brengen.
Tip: een bezoekje aan de interactieve website van Shht valt zeker aan te raden. #tetrismeteentwist
The Ring
Ingeleid door Anne Van De Star, die iets meer dan tien minuten mesmeriserende klanken en bassen tot indringende klanktapijten vervlocht, mocht Oathbreaker zich laten gelden. De West-Vlamingen werkten onlangs ‘Rheia’ af, een plaat die internationaal met lof werd overladen en hun status als koplopers in het shoegaze/blackmetal-genre meer dan ooit bevestigden. Dat we dat gevoeld hebben, is een understatement. Toen frontvrouw Caro Tanghe, verscholen achter haar lange krullen, haar duivels ontbond en de bandleden zich na een dromerige opbouw als bezetenen lieten gaan, kwam het geheel aan als een stomp in de maag. Loeihard en impressionant.
Antwerpse Feesten
Weirde eclectische muziek die uiterst dansbaar is, bleek de rode draad op het Kouterpodium te zijn. Dat bevestigde Pomrad nog eens, dat het met drie man echter met een minder uitgebreide bezetting deed dan Shht. De Gentse toetsenist Senne Guns, sommigen welbekend van zijn ééndagshitje ‘Goudvis’, tovert trouwens een totaal ander genre met de vingers tevoorschijn dan we van hem gewend zijn. Frontman Adriaan Van De Velde kronkelde met een keytar over het podium, was nooit te verlegen voor enkele aanstekelijke danspassen en kreeg bijgevolg het publiek zonder enige moeite mee in die onbezorgde sfeer. Pomrad bracht ‘wonky, syth funk’: magische woorden die zich vertalen in veel synths, disco- en funkinvloeden, stemvervormingen en auto-tune, en wat Antwerpse joligheid. Het was het ideale optreden om ons voor te bereiden op wat nog komen zou.
Kipfilet
En dat was niet min. Want wat volgde, was een volkstoeloop voor het meest krankzinnige optreden dat zich op Boomtown afspeelde. Het plein was tot in de uithoeken volgelopen voor Kenji Minogue, een duo dat eigenlijk geen introductie meer nodig heeft. Sarah Vandeursen en Emilie De Roo (beter bekend als Conny Komen en Fanny Willen) brachten wat Kenji Minogue zo geliefd maakt: complexloze electropop (deze keer ondersteund door een band) en zoveel absurditeiten dat het zelfs voor op de Gentse Feesten al eens heel bizar werd. De trashy electro werd doorspekt met heerlijk onzinnige uitspattingen (was dat kipfilet dat Conny Komen uit het niks uit haar decolleté haalde om in het publiek te gooien?) en bindteksten die het optreden af en toe iets deden weghebben van een comedyshow. Maakt u zelf maar iets van de combinatie pickles, muilen en gesteriliseerde Erik en het komt hoogstwaarschijnlijk in de buurt van wat we gisteren aanschouwden. Dat in combinatie met de bol van de kitsch staande popmuziek die met zo veel enthousiasme en zo weinig gêne werd gebracht, zorgde ervoor dat we ons even in een ander universum waanden. Koning Filip zou trots zijn geweest.
Reactie toevoegen