Lezersbrief: "Ook wij, studenten, hebben rechten en plichten"

Jens Hinderyckx zit in zijn master EU-studies, daarnaast is hij studentenvertegenwoordiger in de Raad van Bestuur en voormalig praeses van KVHV-Gent.

"Studenten die langer dan een jaar extra doen over hun studie kunnen voortaan geen kot meer huren in een studentenhome van de Universiteit Gent", dat meldde VRT NWS op maandag 19 februari. Asociaal en nefast voor de mentale gezondheid van de studenten beweren sommigen. Een opinie die ik, als studentenvertegenwoordiger in de Raad van Bestuur, niet deel. Daar zijn verschillende argumenten voor.

Een eerste argument situeert zich op de kotenmarkt. De beslissing die op de Sociale Raad van 29 november 2023 unaniem door alle (zetelende, red.) studenten werd goedgekeurd, dient mede om het kotentekort waar de stad en Universiteit Gent al even mee kampen, te bestrijden. Dat is een complex probleem met meerdere oorzaken. Eén daarvan is de hoge huurprijzen voor vastgoed in Gent. Een aanleiding tot die hoge huurprijzen is het feit dat het stadsbestuur het steeds moeilijker maakt om een woning te verhuren. Zo is er sinds vorig jaar een conformiteitsattest voor huurwoningen ingevoerd. Het conformiteitsattest behalen is een extra stap die het verhuren vermoeilijkt, wat dan weer de huurprijzen de hoogte indrijft. In combinatie met de stijgende rentes voor een aankoop van een woning zorgt dit voor een daling in het aantal aangekochte huizen. In 2023 daalde het aantal transacties op de woningmarkt fors. Heel wat mensen bleven langer op de huurmarkt en de huurprijs gingen nog meer de hoogte in. Het resultaat van die hoge huisvestingsprijzen is een relatief tekort aan betaalbare onderkomens voor studenten.

Bovenop de stijgende huurprijs, komen de in het algemeen stijgende prijzen. Ook het duurdere levensonderhoud verhoogt de druk op de portefeuille van studenten. De vraag naar betaalbare studentenhuisvesting is dus groot. Het aanbod minder. Een tekort van 10.000 studentenkoten schat de stad Gent. En dus moet er op een creatieve manier gewerkt worden aan oplossingen. Naast investeringen in de bouw van nieuwe homes, kan de UGent meer kamers in de homes beschikbaar maken. Via de verstrengde voorwaarde komen er zo'n 70 kamers extra vrij in de studentenhomes van de UGent. Dat zorgt ervoor dat studenten in een sociaal kwetsbare situatie die echt nood hebben aan huisvesting er sneller een beroep op kunnen doen. Dit omdat breed toegankelijk hoger onderwijs belangrijk is in Vlaanderens kenniseconomie waar iets meer dan 46 procent van de 25- tot 64-jarigen hooggeschoold is.

Wie rechten, gunsten of ondersteuning krijgt van een bepaalde overheidsinstantie, moet zich bewust zijn dat er ook plichten of tegenprestaties aan kunnen vasthangen

Een bijkomend argument om de logica van de maatregel te onderstrepen kunnen we vinden in het verhaal van rechten en plichten. Dat is het sociale contract tussen overheid en burger dat een overeenkomst inhoudt rond de organisatie van de maatschappij. Wie rechten, gunsten of ondersteuning krijgt van een bepaalde overheidsinstantie, moet zich bewust zijn dat er ook plichten of tegenprestaties aan kunnen vasthangen. De gunst, in dit verhaal een studentenkamer aan een voordelig sociaal tarief, kan verleend worden mits er bepaalde voorwaarden aan vasthangen, hier concreet een degelijke studievoortgang.

Net zoals we van langdurig werklozen verwachten dat ze zich na een bepaalde periode aanmelden voor bepaalde opleidingen of sollicitatiegesprekken. De maatregelen van de Vlaamse Regering rond verplichte gemeenschapsdienst of de voorstellen van Vooruit rond de basisbaan kunnen we in het verlengde hiervan situeren. Ze komen volgens mij de duurzaamheid van de sociale solidariteitssystemen ten goede omdat ze beantwoorden aan een bepaald rechtvaardigheidsprincipe. Simpelweg: "voor wat hoort wat".

Dit natuurlijk met de nuance dat iedereen doet wat hij kan. Niet iedereen kan aan dezelfde standaarden voldoen. Daarom zijn er aan de Universiteit Gent heel wat sociale voorzieningen om kansen te bieden aan sociaal kwetsbaren. Een flexibel geïndividualiseerd studietraject, het werkstudentenstatuut en uitzonderingen voor studenten met een moeilijke thuissituatie of langdurige ziekte zijn voorbeelden. Ze op een duurzame manier in stand houden, vergt volgens mij een bepaalde wederkerigheid. Een bepaalde plicht wanneer een recht verkregen of gegeven werd.  Beantwoordt sociale solidariteit niet aan dit principe dan groeit er een gevoel van onvrede onder de nettobetalers ten opzichte van de netto-ontvangers.

En dat zijn wij, studenten, tot nader order nog steeds. Netto-ontvangers. Volgens econoom Paul De Grauwe kostte de gemiddelde student in 2014 zo'n 12.000 euro aan de belastingbetaler. Dit terwijl het inschrijvingsgeld een stuk lager lag. Daartegenover zetten we als student een degelijke studievoortgang en kennisverwerving om later zelf een bijdrage te kunnen leveren in de maatschappij. De cijfers rond die tegenprestatie zijn in Vlaanderen in vergelijking met andere landen niet goed. Slechts 33% van de studenten haalt binnen de normale duurtijd van drie jaar zijn of haar bachelorsdiploma. Dat is 39% procent in andere landen van OESO. Initiatieven die de studievoortgang ten goede komen, zijn dus welkom.

Inzetten op een goede studievoortgang via verschillende initiatieven kan het welzijn van studenten zelf net bevorderen

Tot slot denk ik dat inzetten op een goede studievoortgang via verschillende initiatieven het welzijn van studenten zelf net kan bevorderen. Studie-efficiëntie, verantwoordelijkheid en zelfkennis helpen studenten in hun latere carrière en zelfontplooiing. Daar ligt volgens mij de rol van een universiteit. Een student vormen tot veerkrachtige en verantwoordelijke individuen die klaargestoomd zijn voor de arbeidsmarkt, in welke sociale situatie dan ook. 

0
Gemiddeld: 3 (2 stemmen)

Reactie toevoegen