Kandidaten Faculteit Economie en Bedrijfskunde

In de Faculteit Economie en Bedrijfskunde komen er 11 kandidaten op. Er zijn 6 mandaten te winnen, waarvan er minstens 2 naar het minderheidsgeslacht moeten gaan.

Emmanuel Beyer

Studierichting: Handelsingenieur

Gelieerd aan: /

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver: 

1. Duurzaamheid

2. Digitaal onderwijs

3. Zelfstandigheid van de student

Favoriete eten in de UGent-resto’s: /

Niels Clymans

Studierichting: Handelsingenieur

Gelieerd aan: /

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Digitalisering en activering van het onderwijs

2. Mentaal welzijn van studenten

3. Transparanter maken van werking studentenvertegenwoordiging

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Echt alles behalve die pizza’s die ze er maken. Die zijn echt niet te eten!

Louise Dillen

Studierichting: Derde bachelor Handelsingenieur

Gelieerd aan: Stuveco, VEK

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Lesopnames

2. Betere communicatie naar de studenten toe

3. Flexibelere examenroosters

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Balletjes

Laurent Duthois

Studierichting: Handelswetenschappen

Gelieerd aan: Moeder Lies

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Welzijn van de student

2. Communicatie

3. Duurzaamheid

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Broodje Toscane – Bretoense vissoep

Nicky Mwiza Umuhire

Studierichting: Bestuurskunde en publiek management

Gelieerd aan: Politiek secretaris Open Vld Menen/ Organisatielid bij het Vlaams Jeugd Parlement

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Communicatie

2. Representativiteit

3. Diversiteit

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Spaghetti

Gevorg Shahinyan

Studierichting: Toegepaste economische wetenschappen

Gelieerd aan: Stuveco bestuur, Opleidingscommissie TEW

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Beperken van het aantal groepswerken

2. Verbeteren van onderwijskwaliteit

3. Betaalbare boeken

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Alles waar er vlees in zit

Laurens De Smet

Studierichting: Handelsingenieur

Gelieerd aan: Vlaamse Economische Kring

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Lesopnames

2. Communicatie naar de studenten toe

3. Meer studieplekken

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Balletjes in tomatensaus

Joren Huysmans

Studierichting: TEW

Gelieerd aan: VEK

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Lesopnames

2. Onderwijs

3. Ontspanning voor de studenten.

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Hoevebroodje

Max Thomas

Studierichting: Handelsingenieur

Gelieerd aan: Stuveco

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Alternatieve vormen activerend leren

2. Meer studie-en groepswerkruimtes

3. Meer lesopnames

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Braadworst

Margaux Corens

Studierichting: Handelsingenieur

Gelieerd aan: Vlaamse Economische Kring

Rangschik de drie thema’s waar jij het meest op wil inzetten als stuver:

1. Lesopnames

2. Meer studieruimtes

3. Beter communicatie naar de studenten toe

Favoriete eten in de UGent-resto’s: Spaghetti!

Specifieke vragen

Geef één concrete maatregel waarmee jij aan duurzaamheid zou willen werken aan de FEB.

Inzetten op meer en betere fietsenstallingen aan de ingang van de Foyer. Nu zijn er het te veel weinig voor de vele fietsers die er dagelijks komen.

Meer fietsenstallingen aan campus Tweekerken! Het is er soms echt een chaos, met fietsen die zelfs tot op het Sint-Pietersplein staan.

Van de FEB-faculteit een gezellige en groene omgeving maken. Dankzij vele werkgroepen is al enige verbetering merkbaar en daar zou ik zeker verder op willen inspelen.

Het meer beschikbaar maken van fietsenrekken.

Een goed startpunt voor ecologische duurzaamheid aan de FEB is investeren in recycleren. Daarom wil ik vooral sensibiliseren om gerecycleerd papier te gebruiken als kladblad bij examens of bij het kopiëren/ printen van bepaalde documenten.

FEB aula zijn onder andere bekend als een vuilnisstort. Er moet dringend verandering komen aan het collectief gedrag van de studenten. Dit kan opgelost worden door ludieke campagnes en door een voorbeeld te nemen aan de praktijken binnen Behavioural Design. Gewone bordjes en posters gaan weinig veranderen.

De online marketing van de FEB verbeteren zodat we zoveel mogelijk posters kunnen verbieden op onze faculteit.

Geen flyers meer in de aula’s. Verspilling van papier.

FEB-onderzoekers moeten duurzame transportvormen (trein ipv vliegtuig) gebruiken voor het reizen naar conferenties.

Geen flyers of postes meer in onze faculteit, dit kan online gebeuren en direct meehelpen aan betere communicatie naar de studenten toe.

Geef één concrete maatregel die de communicatie in de FEB zou kunnen verbeteren.

De FEB is heel correct in de communicatie naar studenten toe. Om echter de communicatie frequenter te laten plaatsvinden, zou de faculteit naar mijn mening elke week een mail mogen sturen naar de studenten, met daarin info over de vorige en volgende week. Zo krijgen wij al studenten meer voeling met wat gebeurt rondom ons.

Maatregelen genomen ten gevolge van COVID-19 eerst naar de studenten communiceren, en dan pas naar de pers, lijkt me wel gepast.

De student inlichten voor de media gecontacteerd wordt.

Meer inzetten op digitale communicatiemethoden. Bijvoorbeeld op meer regelmatige basis de nieuwsbrief van de faculteit ontvangen, de Facebookpagina niet alleen maar als promo gebruiken maar ook als ernstig communicatiekanaal.

Inzetten op het wekelijks gebruik van de Facebookpagina.

Over het algemeen ben ik tevreden over de communicatie in de FEB. Wat er wel gedaan kan worden is dat de maandelijkse FEB nieuwsbrief op sociale media wordt verspreidt i.p.v. mail, want ik ken niemand die het zo leest.

Over de communicatie van de UGent zelf ben ik heel ontevreden. Het zou nooit de bedoeling moeten zijn dat de studenten nieuws (hoe belangrijk of onbelangrijk het ook is) over de UGent eerst via de pers moeten vernemen. Dit punt zou doorheen de hele universiteit aangehaald moeten worden.

De communicatie tussen proffen en studenten verloopt nog niet altijd even vlot. Hier zou ik beter op gaan inzetten zodat de student rapper een antwoord krijgt op zijn vragen.

Online FEB nieuwsbrief.

De FEB heeft een goed werkende Facebookpagina, waarlangs veel communicatie verloopt. Studenten moeten er meer van op de hoogte zijn dat ze hier veel informatie kunnen terugvinden.

Ik ben vrij tevreden van de communicatie aan onze faculteit, behalve dat de student belangrijk nieuws eerst moet te horen krijgen voor dit in het nieuws komt (zeker in deze onzekere tijd).

Geef één concrete maatregel die het onderwijs in de FEB zou kunnen verbeteren.

Ik denk dat veel vakken aan onze faculteit wat te abstract gegeven worden. Om dat te verhelpen ben ik voorstander van filmpjes die proffen online kunnen zetten om moeilijke materie eens anders te benaderen en in een ander licht te zetten.

Zaken die op vlak van didactiek niet zo vlot verlopen, kan je efficiënt aanpakken als je hierover voldoende feedback kan verzamelen. Het is dus nodig dat iedere lesgever dit voldoende krijgt, en liefst zo specifiek mogelijk. Een onderwijsevaluatie is echter een gestandaardiseerde (maar zeer beredeneerde) bevraging, en laat helaas niet veel ruimte om specifieke aanpakken in een vak te bevragen. Volgens mij zou een bevraging die specifiek ontworpen is voor het vak zeker een grote meerwaarde kunnen bieden, omdat de lesgever zo efficiënt praktische problemen zou kunnen aanpakken die anders niet verwoord worden.

Door studiepunten beter te verbinden aan de studiedruk van vakken. Groepswerken die vaak veel tijd in beslag nemen moeten ingecalculeerd worden in het aantal studiepunten.

Een uitbereiding van het monitoraat, momenteel is dit gecentreerd rond eerste bachelorvakken, dit zou moeten uitgebreid kunnen worden naar vakken van hogere jaren.

Als ik een manier kan bedenken om het onderwijs te verbeteren, is het aanbieden van meer geïndividualiseerde trajecten. Sommige studenten hebben de capaciteit op een heel korte periode kennis op te doen en anderen ontwikkelen een achterstand omdat ze juist meer tijd nodig hebben. Ik denk dat er een balans moet gevonden worden tussen beide groepen zodat niemand hierdoor bevoordeeld of veroordeeld wordt.

Ik pleit voor minder groepswerken en meer echt activerend leren. Veel te veel profs zien een groepswerk als enige vorm van activerend leren. Waar mogelijk, moeten sommige groepswerken vervangen worden door een alternatieve vorm van echt activerend leren. Er zijn voor veel vakken genoeg opties om online en offline aan activerend leren te doen.

Verschillende vakken beter gaan structureren waardoor je niet meer moet gaan studeren uit zowel een boek, de slides, papers,…

Een duidelijker en meer gecentraliseerde verzameling van de leerstof. Bv. Slides en boek en niet slides, cursus, boek, papers…

Er dienen grondige evaluaties te komen over activerend leren. Dit wordt te vaak geïnterpreteerd als groepswerken. Er moet dus een evaluatie komen die relevantie van groepswerken bepaalt in functie van de eindcompetenties. Dit om ervoor te zorgen dat er geen tijd verspild wordt aan nutteloze groepswerken en studenten zo kwaliteitsvollere, relevantere groepswerken kunnen maken. Hierbij is het essentieel dat er naar studenten geluisterd wordt.

Het monitoraat is een grote hulp voor eerstejaars studenten maar dit valt weg na het eerste jaar. Voor een aantal vakken waar de slaagpercentages veel te laag liggen, moeten er ook extra sessies gegeven worden ofwel door het monitoraat of door extra uitleggende filmpjes door de prof zelf.

Geef één concrete maatregel die het mentaal welbevinden/groepsgevoel van studenten aan de FEB zou kunnen verbeteren.

Ik ben ernorm voorstander van de intoductiedagen van begin dit jaar voon het gemeenschappelijke jaar, misschien kan het een idee zijn om dat meer uit te werken en de studenten meer met elkaar te laten kennismaken. Op die manier kennen ze na hun eerste dag direct een paar mensen met wie ze de dagen erna kunnen afspreken, samenzitten enz.

Groepswerken bieden een goede opportuniteit om nieuwe mensen te leren kennen. Zo zou ik het een goed idee vinden dat de lesgevers de indeling van de groepen randomizen. Op die manier bouw je als student enerzijds je kennissen op binnen je opleiding, en anerzijds ontwikkel je ook softskills die later in het bedrijfsleven goed van pas gaan komen. Doordat de groepsindeling gerandomized wordt, zullen vereenzaamde student (zie rapport Gentse Studentenraad over mentaal welbevinden) hierbij eveneens niet onnodig onder stress komen te staan!

Door een flexibeler examenrooster. Alternatieve examen data zouden ruim op voorhand moeten bekend gemaakt worden studenten, en dan vooral GIT-studenten, hun curriculum beter kunnen samenstellen. En indien een alternatief examendatum mogelijk is, moeten meer studenten hiervan gebruik kunnen maken en niet onder vele voorwaarden.

Inzetten op meer algemene faculteitsactiviteiten, zoals bijvoorbeeld de FEB-veiling dit jaar. Dit zou mee ondersteund kunnen worden door de facultaire studentenverenigingen.

  • Respect creëren voor iedereen, mensen betrekken binnen de faculteit wanneer de kernwaarden geformuleerd worden.
  • Ruimtes inlichten waar studenten volledig tot rust kunnen komen.

Wat ik in de praktijk zie is dat de eerste weken van een student aan de universiteit heel belangrijk zijn. Indien men geen kans krijgt om genoeg te socializen met de medestudenten blijft men alleen en dit eist zijn tol.

Ik heb daarom het genoegen gehad om in september mee te helpen met de vernieuwde introductiedagen voor EW/TEW/HIR en BPM. De vernieuwde introductiedagen zorgen ervoor dat de studenten voor de start van de studies al een kleine groep kennissen/vrienden hebben waarop ze kunnen terugvallen. Mijn voorstel zou zijn om ook binnen de eerste lesweek evenementen zoals speed-dating te organiseren met een samenwerking van de FEB, VEK en ML. Dit zal zorgen voor meer social bonding.

Het eerste bachelor jaar wordt door onze faculteit goed opgevolgd en ondersteund. Voor de andere jaren zou ik een betere opvolging implanteren en de nodige hulp die de FEB nu al geeft meer in de kijker zetten.

Naast meer studieruimtes, ook meer plaatsen voorzien waar studenten op het gemak iets kunnen drinken en keuvelen.

Studenten aan de FEB hebben meer nood aan een thuisgevoel in Tweekerken. Een broodjesbar, zoals bijvoorbeeld in de Ledeganck, zorgt ervoor dat studenten makkelijker op onze faculteit kunnen samenzijn, lessen volgen en leren. We moeten er immers samen voor zorgen dat individuele studenten niet uit het oog verloren raken en het mentaal welzijn van de FEB-studenten gesteund wordt.

Dit jaar is er een vernieuwde vorm van introductiedagen geïntroduceerd aan onze faculteit die ervoor zorgt dat de studenten in groepjes moeten samenwerken en zo al een paar kennissen opdoen voor de lessen beginnen. Dit is al een grote stap maar kan uitgebreid worden naar de eerste week met meer algemene activiteiten aan onze faculteit waar ze meer mensen kunnen leren kennen en zich zo meer comfortabel kunnen voelen aan de faculteit.

Wat vind jij van de indeling van het academiejaar voor de master TEW?

Hier ben ik absoluut geen voorstander van. De zelfstandigheid van de universitaire student en de mogelijkheden om naast het studeren te werken of aan grotere projecten te werken wordt met zo een maatregelen ingeperkt.

Laat me beginnen met te zeggen dat ik hierover nog te weinig verschillende meningen heb gehoord om zelf een duidelijk standpunt in te kunnen nemen. Wel weet ik dat onze faculteit dit gelanceerd heeft als een ‘testproject’, en dat dit op een wetenschappelijk correcte manier geëvalueerd wordt. Als het blijkt dat dit modulair systeem weinig voordelen oplevert in verhouding tot de potentieel verhoogde studiedruk, is het uiteraard niet de bedoeling dat dit behouden blijft! Er moet dus een goede balans gevonden worden. Ook vind ik het wel wat ongelukkig dat dit systeem gehanteerd wordt in een masteropleiding, en niet bijvoorbeeld in een eerste bachelor. De studenten die instromen in deze master hebben al drie jaar ervaring met een semester systeem, en hebben hun studiemethoden daar dan ook aan aangepast. Het is wat vreemd om dan plots in de master over te stappen op een modulair systeem. Onze faculteit zal hier zeker wel een reden voor gehad hebben (welke ik niet weet), maar ik denk zelf dat het beter een brug zou kunnen vormen tussen secundair onderwijs en een bacheloropleiding, dan tussen een bacheloropleiding en een masteropleiding.

Het idee heeft dat bedoeling om studenten te helpen in hun studies. Daarom vind ik het goed dat men een eerste testperiode heeft gelanceerd voor men deze maatregel de norm maakt. Ik vind dat men nu vooral de mening van studenten moet volgen en dat het daarom erg belangrijk is dat studenten via enquêtes een belangrijke invloed hebben op de beslissingen.

Momenteel is er me nog niets van problemen ter sprake gekomen, dus kan ik me niet uitsptreken over de indeling. Wanneer ik feedback van studenten ontvang kan ik werken rond eventuele problemen en naar oplossingen zoeken.

Ik ben persoonlijk een tegenstander van het modulair systeem. Een modulaire master zorgt ervoor dat de iets meer geënageerde student maar moeilijk extracurriculaire activiteiten kan combineren met de studies. Dit zorg voor minder zelfontplooing en een gevoel van “missing-out”, vooral omdat de andere masters het modulair systeem niet hebben. Daarnaast breekt zo’n master met de gewoontes en routines van de 3 voorgaande bachelorjaren.

De finale beslissing rond modulair valt volgend academiejaar. Ik krijg het gevoel dat de faculteit het modulair systeem wilt behouden. Ik zal het mogelijke doen om de toekomstige master zoveel mogelijk te “demoduleren”.

Het heeft zoals alles voor- en nadelen. Zelfs sta ik er eerder negatief tegenover omdat het de studenten bemoeilijkt om naast het academische ondernemend te zijn op andere vlakken.

Mijn persoonlijke mening hierover is hierover niet van belang. Er moet bij de alumni die deze modulaire master doorlopen hebben getoetst worden naar hun ervaring. Hierop dient dan verdergewerkt te worden en al dan niet aanpassingen maken.

 Ik heb hier zelf geen ervaring van en kan dus geen nuttig inzicht geven maar vind dat we aan de studenten die nu in de master TEW zitten om hun feedback moeten vragen en zo horen wat zij er van vinden.

‘Meer studieruimtes moeten een prioriteit worden van de universiteit.’

Neutraal

Ik denk dat het hierbij vooral belangrijk is om de studieruimtes die er zijn beter te benutten. Ik denk hierbij aan een maatregen om het reserveren van stoelen in de bib te beperken. Hierbij vind ik het ook belangrijk om voldoende plaatsen te voorzien om te kunnen groepswerken, zoals afgeschermde vergaderhoeken, tafels waar afgesproken kan worden enz.

Volledig akkoord!

En niet enkel ‘gewoon’ studieruimtes, maar zeker ook ruimtes waar studenten kunnen werken aan hun groepswerken, en dus kunnen overleggen zonder boze blikken te krijgen van andere studenten. Op sommige momenten in het semester leiden de groepswerken in de verschillende opleidingen aan de FEB wel eens tot een volledige bezetting van alle beschikbare plaatsen op onze campus, waardoor er vaak onnodig tijd verspild wordt met het zoeken hiernaar. Dat is uiteraard niet de bedoeling! Zeker voor pendelstudenten is het in het semester ook lastig als ze geen studieplek vinden, en niet de mogelijkheid hebben om even op kot te gaan studeren.

Tijdens de examenperiode durft het ook wel al eens gebeuren dat de bibliotheken vol zitten, maar hier worden de studenten gelukkig al tegemoetgekomen door andere organisaties die studeerplekken ter beschikking stellen. Denk maar aan blok@therminal, blok@kantienberg, Stad Gent die nog honderden plaats aanbiedt op verschillende locaties. Dit neemt het probleem van de te lage capaciteit van de bibliotheken echter niet weg, en hier dient dus zeker nog een oplossing voor gevonden te worden.

Ik moet verder wel nog opmerken dat onze faculteit hier, in samenwerking met Stuveco, zeker al werk van heeft gemaakt. Ja, ik heb het over die nieuwe zetels en bankjes die vorig semester geplaatst werden op verschillende plaatsen op campus Tweekerken en Hoveniersberg. Zelf zou ik me er zeker graag willen engageren om ervoor te zorgen dat er nog extra bijgeplaatst worden.

Akkoord.

De FEB-bibliotheek is een geliefde studeerplaats voor veel van onze studenten. Zo geliefd dat studenten van andere onderwijsinstellingen er ook vaak terug te vinden zijn. Dit zorgt vaak voor plaatsgebrek. Via Stuveco hebben wij al wat reclame proberen maken dat er van leslokalen en auditoria die op dat moment niet gebruikt worden mogen dienen als studie lokaal. Echter, veel studenten prefereren nog steeds de sfeer van onze bibliotheek. Ik denk dat het logistiek zeker mogelijk is om extra plaatsen te creëren en zie dit dan ook als een belangrijk punt.

Akkoord.

Onze faculteit wil inzetten op menselijkheid en praktijk. Hierbij horen vaak groepswerken, het is dan ook een must om op de faculteit voldoende plek te voorzien voor studenten om samen te werken aan groepswerken. Daarnaast is de overvolle faculteitsbibliotheek een feit, hier zouden extra studieruimtes ook helpen met het spreiden van de drukte.

Zeer akkoord

Tijdens de examenperiode is er duidelijk vraag naar studieruimtes. Het openstellen van sommige leslokalen/auditoria zodat student er op een laagdrempelig manier kunnen studeren, zou een ideale oplossing zijn voor deze problematiek.

Akkoord.

Zoals vele van mijn medestudenten studeer ik het liefst in de bib. Hopelijk zal de UGent rekening houden met de vraag om meer studieruimtes bij de renovatie van de Boekentoren en Technicum.

Akkoord.

De FEB heeft zich de laatste jaren veel ingezet om de bib zo uitgebreid mogelijk te maken maar dit blijkt nog altijd niet genoeg te zijn. Eventueel kan de faculteit bepaalde ongebruikte lokalen laten benutten door de studenten als studieruimte.

Akkoord.

Daarnaast ook van goede kwaliteit. Momenteel is de FEB-bibliotheek overbevolkt en vaak met niet-economiestudenten, wat jammer is want zij studeren aan de faculteit.

Volledig akkoord.


Er dienen meer ruimtes beschikbaar te zijn die het studenten mogelijk maken samen te studeren, groepswerken en ondernemen. Dit project loopt al op onze faculteit en ik hoop hieraan te kunnen blijven bijdragen.

Hier ben ik helemaal akkoord mee. Onze bib is zeer geliefd bij veel studenten en zit daarom vaak overvol, een goede en duidelijke communicatie naar de studenten toe en de benutting van leslokalen als werkruimtes kan hierbij zeker helpen.

Hoe zie jij de toekomst op vlak van digitaal onderwijs aan de FEB?

Hier is het volgens mij een belangrijk punt om maximaal te zorgen voor lesopnames, zodat studenten die om de een of andere reden niet aanwezig kunnen zijn, toch de mogelijkheid hebben om nadien de opname te bekijken, of om moeilijke delen te herbekijken achteraf. Ook online video’s waarin de professoren of assistenten moeilijke delen op een toegankelijke manier uitleggen vind ik eem must.

In een ideale toekomst, wordt aan de FEB een perfecte mix aangeboden van lesopnames, kennisclips, en activerende vormen van onderwijs. Ikzelf ben een enorm harde voorstander van lesopnames en kennisclips, omdat deze de nodige flexibiliteit geven aan de studenten om zelf te plannen wanneer wat te studeren. Uiteraard mag het sociale aspect van hoorcolleges ook zeker niet onderschat worden, en is het niet de bedoeling dat hoorcolleges vervangen zouden worden door lesopnames! Lesopnames zijn ondersteunend lesmateriaal, en er moet dus bekeken worden waar ze nog nodig zijn, en hoe ze optimaal ingezet kunnen worden.

Op vlak van digitaal onderwijs denk ik dat we op de FEB, en zelfs universiteitsbreed, zeker moeten bekijken hoe we op een correcte manier de huidige situatie met COVID-19 van afstandsonderwijs kunnen evalueren. Dit is een zeer uitzonderlijke situatie, maar dat laat niet staan dat we er lessen uit kunnen (en moeten!) trekken. Zelf zou ik enorm graag volgend academiejaar, of zelfs dit academiejaar, een enquête willen rondsturen om een goed beeld te krijgen op hoe de studenten aan de FEB de omslag naar digitaal onderwijs hebben ervaren, wat werkte en wat niet werkte... Aan de hand hiervan kunnen zij dan op een correcte en objectieve manier vertegenwoordigd worden!

Iedere student leert op een andere manier, Door enkel in te zetten op hoorcolleges heeft het de universiteit veel te weinig mogelijkheden aan studenten waarvoor deze methode niet werkt. Als lesopnames mogelijk zijn in een bepaald auditorium dan zouden deze ook verplicht gemaakt moeten worden.

Meer digitale lesvormen, met lesopnames als een basis. Voor hoorcolleges zou de student de keuze moeten hebben om de les thuis of op de faculteit te volgen. Ook zou er meer gebruik moeten gemaakt worden van optionele leerpaden, niet als uitbereiding van de les maar ter ondersteuning van de leerstof als de student er moeilijkheden mee zou ervaren.

Er mag geïnvesteerd worden in digitaal onderwijs maar klassiek onderwijs moet gegarandeerd blijven.

Het coronavirus was een ideale stresstest om te zien hoe ver het eigenlijk staat met het digitaal onderwijs aan UGent. Na meer dan één maand zijn de resultaten niet zo rooskleurig. Bij Stuveco hebben we bijvoorbeeld honderden klachten rond digitaal onderwijs ontvangen.

Mijn visie rond digitaal onderwijs is dat de hoorcolleges de solide kern moeten vormen van een cursus. Daarnaast moeten er waar mogelijk tools en platformen aangeboden worden waar de kern actief aangevuld en ingeoefend kan worden (Edumatic, Datacamp…), al dan niet op punten. Waar ik zelf minder fan van ben is het plaatsen van extra lectuur als aanvulling. Dat is in meeste gevallen niet nuttig en zeker niet activerend.

Wat de lesopnames betreft heeft onze faculteit heel sterke stappen gezet, mede dankzij de huidige stuvers. Het aanbod moet zeker nog aangevuld worden, vooral bij bestuurskunde en publiek management.

De FEB kan nog groeien om zoveel mogelijk lessen online te laten doorgaan, de komende academiejaren zullen hier een belangrijk onderdeel van uitmaken.

Naar mijn mening moet het zeker mogelijk zijn om alle lessen ook online aan te bieden.

In deze coronacrisis merken we dat de UGent wel degelijk in staat is (grotendeels) online lesvormen te voorzien. Dit aantal lesopnames moet verhoogd worden op een efficiënte manier zonder de studiedruk te verhogen, zodat er plaats is voor meer relevante werkcolleges en begeleidingssessies.

 

Als de laatste maand iets heeft duidelijk gemaakt, is het wel dat lesopnames wel degelijk mogelijk zijn. Studenten leren op verschillende manieren en velen heb een groot voordeel aan lesopnames en extra lesvormen die ze online kunnen volgen. Dit moet dan ook zoveel mogelijk aangeboden worden.

Hoe zie jij de toekomst op vlak van actief leren aan de FEB?

  1. Ik denk dat hier een belangrijke rol is weggelegd voor het monitoraat. Hoeveel ze ook hun best doen, kan het volgens mij wel interessant zijn om ‘workshops’ te geven over verschillende manieren van leren van studenten. Die workshops kunnen ook gaan over bepaalde vakken, waarin uitgelegd wordt over hoe ze aan te pakken. Die zouden ze doorheen het jaar meermaals moeten geven, om studenten ten allen tijden te kunnen bijstaan op een toegankelijke manier.
  2. Ik denk dat hierbij ook leerpaden en zelftesten die op regelmatige basis online worden gezet, een boost kunnen zijn.

Wel, het zit zo dat lesgevers van de UGent uit aangemaand worden om hun studenten op een actieve manier aan de slag te laten gaan met de leerstof, omdat dit het leerproces zou bevorderen. Hiervoor hebben ze uiteraard een hele hoop opties, maar helaas wordt actief leren nog veel te vaak geïnterpreteerd als een groepswerk. Versta me niet verkeerd, ik ben absoluut geen tegenstander van groepswerken. Voor sommige vakken zijn groepswerken zeker nuttig, maar ze moeten wel op een efficiënte manier kunnen bijdragen aan dit leerproces, en dus niet enkel studiedruk verhogend zijn! Voor de toekomst wil ik dus dat de manier van activeren van studenten voor sommige vakken herbekeken wordt, en waar nodig groepswerken een gepast alternatief krijgen. Tegelijkertijd moet er wel verder gebouwd worden op de groepswerken die duidelijk jaar na jaar hun vruchten hebben afgeworpen m.b.t. het leerproces.

Sommige professoren proberen al op een totaal andere manier studenten te activeren (denk maar aan het opstellen en beargumenteren van een multiplechoice vraag op 1/20 voor een vak in de bachelor Handelsingenieur, voor welke studenten eerst de leerstof dienen te begrijpen). Hen moet ook zeker de nodige ondersteuning gegeven worden, zodat deze andere vormen van actief leren verder vorm kunnen krijgen en geoptimaliseerd kunnen worden.

Momenteel verstaan veel proffen onder ‘actief leren’ een vaag groepswerk geven die veel tijd in beslag neemt; Andere proven verstaan onder actief leren dan weer het slechts zeer beperkt aanrijken van oplossingen op oefeningen waardoor actief leren gelijk gesteld wordt aan zelfstudie. Volgens mij is het concept actief leren zeer interessant maar moet er nog in samenspraak met studenten bekeken worden hoe dit juist wordt ingevuld.

Dit hangt samen met digitaal onderwijs. Wanneer er meer mogelijkheden zijn tot digitale lessen, zullen de groepen in het auditorium verkleinen waardoor de lessen actiever kunnen worden gemaakt. Daarnaast moeten er ook meer middelen worden ingezet op de persoonlijke ondersteuning van vak gerelateerde problemen. De faculteit pakt uit met de menselijke aanpak van de werkcolleges, terwijl deze overvol zitten door een tekort aan lesgevers.

Ik geloof dat dit een uitstekend concept is onder voorbehoud dat er  een duidelijk en goed beleid tot stand gebracht wordt.

De FEB moet zich meer gaan inzetten op workshops die de studenten kunnen begeleiden met hun studies.

Studenten zouden de kans moeten aangemoedigd worden om aan meer actieve workshops deel te nemen.

Er dienen grondige evaluaties te komen over activerend leren. Dit wordt te vaak geïnterpreteerd als groepswerken. Er moet dus een evaluatie komen die relevantie van groepswerken bepaalt in functie van de eindcompetenties. Dit om ervoor te zorgen dat er geen tijd verspild wordt aan nutteloze groepswerken en studenten zo kwaliteitsvollere, relevantere groepswerken kunnen maken. Hierbij is het essentieel dat er naar studenten geluisterd wordt.

Dit kan beter uitgewerkt worden in samenspraak met de studenten door hun feedback te vragen en te evalueren of bepaalde groepswerken wel echt nuttig zijn en niet gewoon tijdsverspilling.

 

Frauke Vervaeke stelde zich ook kandidaat voor deze faculteitsraad. Ze werd gecontacteerd voor dit artikel, maar reageerden niet op ons verzoek.

Nog geen stemmen

Reactie toevoegen