Een bloemlezing van Film Fest Gent week 1

Ook in zijn 50e levensjaar heeft Film Fest weer heel wat moois in petto. Lees hier een selectie door onze redactie van de eerste week Film Fest Gent.

Vooraleer de film écht van start ging, verscheen Kristoffer Borgli, de regisseur van de film, op het witte doek. In een kort fragment, gefilmd met night vision camera, riep hij op om zijn boodschap op te nemen met je smartphone. Vervolgens distantieerde hij zichzelf van eventuele rare dromen die publieksleden zouden kunnen ervaren nadat ze de film gezien hebben. Naar eigen zeggen was het nooit zijn bedoeling om mensen hun dromen te beïnvloeden en zitten er zeker geen subliminal messages in de film. De toon was gezet.

Wat volgde was 100 minuten puur vermaak. Het concept van de film is vrij simpel: wat zou er gebeuren mocht de saaie professor biologie Paul Matthews, vertolkt door niemand minder dan Nicolas Cage, opeens wereldwijd in mensen hun dromen opduiken? Hoewel het concept van de film vrij surrealistisch is, weten de makers een soms akelig realistisch verhaal neer te zetten. Zo zien we hoe Paul moet leren omgaan met zijn nieuw verworven status als 'beroemdheid' en welke impact dit heeft op de relatie met zijn vrouw en kinderen. Van Sprite brand deals tot homejacking, van dreamfluencers tot seksueel geobsedeerde fans: 'Dream Scenario' heeft het allemaal.

De film illustreert hoe een underdog als Paul er vrij veel voor overheeft om populair te zijn bij vrienden en familie. Ook toont het verhaal de leuke en minder leuke kanten van beroemd zijn, en de tol die dit kan eisen op je privéleven wanneer de publieke opinie zich opeens tegen je keert. Maar vergis je niet: 'Dream Scenario' is evengoed een komedie als een drama, al moet je de humor vooral zoeken in de herkenbare en pijnlijke situaties of de satirische persoonlijkheden van de personages. Toegegeven, er zit één scheet-grap in de film, al is ook deze vrij stijlvol uitgevoerd (in de mate van het mogelijke).

Nicolas Cage steelt de show als Paul en balanceert perfect op de grens tussen drama en comedy. Ook de andere acteerprestaties in de film zijn uitmuntend en voelen nooit geforceerd aan om #relatable te willen zijn.

Camerawerk, montage en muziek vullen elkaar perfect aan om een unieke, soms creepy sfeer te creëren. Dit laatste komt het best tot uiting wanneer iemand vertelt over hun Paul-dromen: afwisselend zien we beelden van het gesprek over de droom en beelden uit de droom zelf. Dan bouwt de muziek op, tot het moment waarop Paul uit het niets de droom binnenwandelt. Het contrast tussen de rare, vaak enge dromen en de banaliteit van de verschijning van Paul, is op zich al voer voor comedy.

Hoewel de film misschien niet voor de traditionele comedy-fan is weggelegd, is hij zeker de moeite waard. Verder bevat hij alles dat je van een typische A24-film zou verwachten: een surrealistische insteek en occasioneel een paar WTF-momentjes.

‘Das Lehrerzimmer’ of ‘The Teachers’ Lounge’ voor wie het liever in het Engels heeft, is de nieuwste film van Duitse regisseur İlker Çatak. Voor zijn vierde langspeelfilm kiest hij voor een school als decor voor een film over de samenleving en al haar problemen. De film gaat over een plaag diefstallen die de school teisteren. Het is geen detective waarin je meezoekt naar de dief, maar een film die kritische vragen stelt over onze maatschappij. Mensen worden verdacht, niet zozeer op basis van concreet bewijs, maar vanuit een buikgevoel en vooroordelen.


Het hoofdpersonage van de film, Carla Nowak, wordt vertolkt door Leonie Benesch. Ze is een leerkracht wiskunde en lichamelijke opvoeding die betrokken raakt bij de diefstallenplaag. Ze waant zichzelf een soort privédetective die het allemaal zelf wel kan oplossen, maar al snel gaat ze haar boekje te buiten. 'Das Lehrerzimmer' gaat over goede bedoelingen en over onze vooroordelen en de gevolgen die ze kunnen hebben op de levens van anderen. De film krijgt geen mooi, afgerond einde, en het mysterie van de diefstallen blijft, zoals zoveel dingen in het leven, onopgelost.

 

Todd Haynes is niet aan zijn proefstuk toe. Hij regisseert al vier decennia lang films en werd al genomineerd voor een Oscar en Golden Globe voor beste scenario. Met ‘May December’ brengt hij het verhaal van Elizabeth, een jonge actrice die Gracie zal vertolken in een film. Gracie kwam in de jaren negentig in de media omdat ze als dertigjarige een dertienjarige verleidde. Het koppel is, naar eigen zeggen, nog altijd gelukkig samen en nodigt Elizabeth uit bij hen thuis om ze beter te leren kennen. Het verhaal is losjes gebaseerd op dat van Mary Kay Letourneau die als leerkracht een leerling verleidde en er later mee trouwde. Het is een film over liefde, misbruik en de grens tussen de twee.

 

Een film maken over een film is geen sinecure. Hoewel Natalie Portman en Julianne Moore absoluut goede acteurs zijn, is het moeilijk om je te ontdoen van het gevoel dat alles geacteerd is. Het helpt ook niet dat de film twee uur duurt en het verhaal halverwege plafonneert. Je blijft een uur lang op je honger zitten terwijl de personages verdergaan met hun leven. De film is een psychologische thriller die niet spannend genoeg is en waar net niet diep genoeg gegraven wordt om de personages volledig te kunnen begrijpen. Haynes probeert wel te doorgronden of het huwelijk gebaseerd is op echte liefde of op misbruik, maar gaat niet diep genoeg in op haar man, Joe, en hoe hij zich voelt over de situatie.

‘Camping du lac’ is de eerste langspeelfilm, al is die term relatief voor een film van maar 66 minuten, van de Brusselse filmmaker Eléonore Saintagnan. Het hoofdpersonage, Éleonore, gespeeld door de regisseuse zelf, voelt de nood om de zee te zien. Ze vindt er niets beter op dan met haar autootje naar Bretagne te trekken, maar ergens in het binnenland valt ze in panne. Via via komt ze terecht op de befaamde camping aan het meer, waar ze al snel kennis maakt met de vaste bewoners en de lokale verhalen. Er zou, volgens de Bijbelse en lokale legende, een gigantische vis in het meer wonen die je wensen kan laten uitkomen. Vissers willen hem koste wat het kost vangen en zelfs het leger komt aanzetten met granaten, maar de vis houdt standvastig vol. Het meer wordt dankzij de vis uiteindelijk een soort bedevaartsoord en toeristische trekpleister. 

Het enige probleem met de film is dat alle nevenpersonages interessanter zijn dan het hoofdpersonage slash verstelster. De vaste bewoners in hun stacaravans en de al dan niet bestaande vis staan meer op de voorgrond dan het hoofdpersonage zelf. Een alleenstaande moeder die met haar zoontje kippen houdt, bijvoorbeeld, of een countryzanger uit Ohio die de caravan ooit won bij een pokerwedstrijd. De beste beelden van de film komen ook van hen. Bijvoorbeeld van de moeder die een elektronische sigaret rookt terwijl ze een kip slacht of een vrouw die seks lijkt te hebben met de mythische vis. Die beelden geven de film een surrealistisch kantje. “Wat houdt ze allemaal samen?” lijken de film en Éleonore zich wel af te vragen, maar een antwoord op die vraag krijg je na het einde van de film niet voorgeschoteld.

Een film maken over het leven in de banlieu is niets nieuws voor Franse regisseur Ladj Ly. In 2019 verscheen zijn eerste film, ‘Les Misérables’, die geïnspireerd was door de rellen in een Parijse buitenwijk in 2005. Ook in zijn nieuwste film, die in Frankrijk ‘Bâtiment 5’ heet, maar bij ons als ‘Les Indésirables’ uitkomt, richt hij zich op de explosieve en onhoudbare situaties in de Franse banlieues. De film focust op de interne keuken van de lokale politiek in de achtergestelde buurten en de pijn en woede van de lokale bevolking, allemaal door te focussen op één appartementencomplex.

De film maakt zijn punt meteen duidelijk: een doodskist moet via de trap naar beneden gedragen worden, want de lift doet het niet. Wanneer de burgemeester plotseling overlijdt en zijn opvolger zijn macht misbruikt, gaat de situatie van kwaad naar erger. Habi, vertolkt door Anta Diaw, werkt als stagiaire in het stadhuis en helpt als vrijwilliger mensen met hun woningproblemen. Ze woont in het complex en wil niet liever dan de situatie verbeteren, dat doet ze door op te komen voor de verkiezingen. Wanneer de burgemeester na een brand iedereen verplicht om op kerstavond het appartementencomplex te evacueren, ontploft de tikkende tijdbom. ‘Les indésirables’ is een film die een impact nalaat en je doet nadenken over de macht van de politiek en geweld.

Samuel, gespeeld door Mirko Giannini, is een wees die terechtkomt bij een familie in het Franse katholieke platteland. Ze namen hem in huis omdat ze het geld dat een pleeggezin krijgt goed kunnen gebruiken. Al snel blijkt dat elk huisje zijn kruisje heeft, bovendien is Samuel geen gemakkelijk kind.

De sfeerschepping in de film heeft regisseur David Depesseville enorm goed aangepakt. In een van de eerste scènes zit de hele familie aan een houten tafel in een rustieke keuken, terwijl de grootmoeder een konijn vilt en het gesprek heel gespannen is. Deze scène zet meteen de toon. Ook de details zitten goed in elkaar. In de stad is er op een onbeduidend baantje een poort, en telkens wanneer iemand door de poort rijdt, lijkt het symbool te staan voor verandering. De melk die de familie ‘s avonds kookt, loopt op het einde over.

Astrakan is een stad in Rusland. De plek staat bekend voor een type bont dat gemaakt wordt van karakullammetjes. Deze schapensoort heeft een stugge grijze vacht, maar tot drie dagen na hun geboorte hebben ze een zachte, zwarte, krullende vacht. Vlak voor de geboorte wordt het lam gedood voor zijn vachtje. Het is niet ver zoeken naar een link tussen een astrakanlammetje en Samuel. Waar een wit lammetje in de Christelijke traditie de personificatie van de onschuld en een nieuw begin, wordt het zwarte schaap al voor zijn geboorte afgeschreven.

De film zakt halfweg een beetje in. Coming of age-films komen nu eenmaal vaak op dezelfde paadjes terecht. Bovendien zitten soms ook wat korte tijdsprongen in die je informatie onthouden op rare momenten. Wat verder in de film blijken die tijdsprongen echter niet onopzettelijk, een complex verhaal heeft namelijk veel perspectieven om ernaar te kijken. De gelaagdheid die de film naar het einde toe krijgt, maakt dat dit niet de zoveelste coming of age-film op de hoop is, maar een complex portret dat je zal onthouden.

 

De rooksaunatraditie van Zuid-Estland staat op de UNESCO-werelderfgoedlijst, en dat is niet zonder reden. Het saunagebeuren wordt al eeuwenlang omkaderd door een heus ritueel. Een prachtig kader voor een intiem debuut, moet regisseur Anna Hints gedacht hebben.

'Smoke Sauna Sisterhood' is in de kern een eenvoudige film over een groepje vrouwen dat periodiek samen in de sauna gaat zitten. Het afgelegen houten huisje blijkt een veilige cocon om te praten over het leven. Het gaat over van alles, in de donkere rokerige ruimte zijn er geen taboes. Er is plaats voor humor, zoals grappige datingperikels. Maar ook ervaringen die bijna niet te verwoorden vallen, komen aan de oppervlakte. Eén van de vrouwen vertelt over haar bevalling van een kind dat vlak voor de geboorte is gestorven.

Af en toe, tussen scènes waarin de vrouwen zich onder Ests gezang insmeren met suiker en elkaar slaan met bundeltjes berkentwijgjes, komt uit de rook een schim uit het verleden. Letterlijk dan, een oude vrouw vertelt over haar ervaring met vrouwelijkheid. Ze vertelt onder meer hoe menstrueren ‘de ziekte’ werd genoemd.

De film speelt zich af in een sauna, dus de personages zijn het grootste gedeelte van de film naakt. Het zet de kwetsbaarheid van de personages extra in de verf. Je ziet ook maar van één personage duidelijk en meerdere keren het gezicht. Het merendeel van de film zie je benen, vetrolletjes en borsten. Eigenlijk doet het er ook niet toe. De personages hebben geen gezicht nodig. De verhalen die ter sprake komen hadden van iedereen kunnen komen, in gelijk welke tijd en op gelijk welke plek.

'Smoke Sauna Sisterhood' wist intussen al drie prijzen in de wacht te slepen, onder meer de prijs voor de beste documentairefilm op het San Francisco International Film Festival.

Drie Britse zestienjarigen zijn op vakantie en hun plannen zijn eenvoudig samen te vatten: ze willen alcohol en seks. Al vanaf de eerste scènes wordt er een sfeer gecreëerd dat maagd zijn een smet op je blazoen is die je zo snel mogelijk moet wegpoetsen en dat een dag niet overgeven een dag niet geleefd is. De film doet denken aan 'Aftersun', omdat beide films zich afspelen in een stereotiep vakantiepark en de personages vol verwachtingen zitten over hoe hun zomer zou moeten zijn.

‘How to Have Sex’ gaat over seks, maar dan vooral over hoe het niet zou moeten zijn. Het gaat over hoe moeilijk het is om gepast te reageren wanneer iemand over je grenzen gaat. Over hoe je de situatie waarin een dichte vriendin zit, totaal verkeerd kunt interpreteren, en ze zich plots in een situatie kan bevinden die ze absoluut niet gewild heeft. De draaikolk van druk van buitenaf waarin hoofdpersonage Tara, gespeeld door Mia McKenna-Bruce, in zit, is mooi in beeld gebracht door regisseur Molly Manning Walker.

De film levert duidelijk kritiek op de wijdverspreide alcoholcultuur. Bovendien durft de film negatieve seksuele ervaringen te tonen. De manier waarop de boodschap gebracht wordt, heeft echter wat te weinig om het lijf. Het grootste gedeelte van de film voelt aan als een marathonuitzending van 'Temptation Island'. Halfweg heb je het wel zo gezien met al dat kotsen en begin je je af te vragen of het echt zo comfortabel is om de hele dag een bikini aan te hebben.

Een kleine spleet tussen betonnen stadtegels is voldoende voor het kruid om de straatkant volledig groen te kleuren. Mos: het groene moesje dat overal en voor altijd lijkt te groeien. Meestal schrobben, snijden of spuiten mensen het ‘onkruid’ weg. Bos Devos doet dat niet, hij richt er zijn camera op en puurt er de intieme film ‘Here’ uit.

Een zachtaardige Roemeense bouwvakker woont en werkt in Brussel. Het is een zwijgzame man, die moeilijk in zich laat kijken, maar toch veel warmte uitstraalt. Hij leidt een eenvoudig en bescheiden bestaan, heeft enkele fijne contacten, maar lijkt moeilijk te aarden in de grootstad. Hij is vaak alleen en lijkt rusteloos naar iets op zoek. Zijn zwerftochten kruisen de groene plekjes in Brussel en het leven van de Belgisch-Chinese bryoloog Shuxiu. De zachtaardige bouwvakker laat je negentig minuten lang kijken naar hoe het leven loopt. En met Bos Devos achter en Stefan Gota en Liyo Gong voor de camera is dat verdomd schoon.

 

0
Gemiddeld: 5 (1 stem)

Reactie toevoegen