“Het is mooi geweest”

Begin volgende maand gaat professor Herman Vincke op emeritaat. Naar aanleiding daarvan geeft de populaire hoogleraar een laatste interview waarin hij terugblikt op zijn universiteit, zijn studenten en de wijsheden die hij heeft opgedaan tijdens zijn lange carrière.

Vrouwen

Buitengewoon hoogleraar Vroegmoderne Engelse Letterkunde Herman Vincke is een veelbesproken figuur aan de letterenfaculteit van de Universiteit Gent. Sinds jaar en dag staat de man onder studenten immers bekend als een van de warmste figuren onder het lerarenkorps, die zijn studenten steevast op de eerste plaats zette en altijd een deur had openstaan. Dat was deze keer niet anders toen we hem op kantoor aantroffen: “'Dear Mr. Vyncke, it is with great regret we must inform you that despite your distinguished career the English faculty at Magdalen College currently does not have any positions vacant. This does not mean that …’ Ja, ‘t zal wel. Ge hebt niet eens mijn naam deftig geschreven. Geniet van uwen Brexit, onnozelaar. (werpt envelop met wapenschild in prullenmand; steekt sigaret op; kijkt om; schrikt) Godverdomme! Over onnozelaars gesproken, een van mijn studenten. Dezelfde van de vorige keer zelfs. Hoe zijt gij hier opnieuw binnengeraakt? Mijn secretaresse? Hoe vaak moet ik het nog herhalen tegen dat mens: ‘Ochtenden zijn voor koffie en contemplatie, Christine. Koffie en contemplatie.' Bon. Nu dat ge hier toch zijt, voor wat is het? Een afscheidsinterview? Hah! Dat is schoon! Eerst mij buiten bonjouren, en dan mij nog eens laten vertellen over hoe schoon het hier wel niet is. ‘k Hoor de decaan nog: ‘Geloof me, Vincke, als ’t aan mij lag, lag uw kop allang in een of ander café te ronken, maar de rector is duidelijk. We moeten een positief verhaal brengen. Wat zat ge zelfs te denken? Uw ‘leesclubs’ met studentes. Of was dat uw idee van platonisch? Wees blij dat we u een schone uitweg bieden. En zorgt dat het deze keer op wat trekt.’ (Blaast.) Platonisch, platonisch. Hij mag blij zijn dat het niet platonisch was. Wat die oude Griekse bok deed onder die olijfboom. Enfin. Wat wilt ge deze keer horen? (Neemt fles whisky uit de kast.) Ook wat contemplatie in uw koffie trouwens? Neen? Natuurlijk niet." 

Overvolle auditoria

Professor Vincke blikt tevreden terug op de overvolle auditoria die zijn lessen kenmerkten: “Zwijg mij ervan, maatje. Al die strevers. In een les van acht uur dertig dan nog. In mijn tijd zat ik gans de dagen op café, werd ik nooit zonder sigaret in de mondhoek betrapt, en kreeg de eerste die mijn lief verkeerd aankeek een broodje muilenpaté getrakteerd. Dát. Dáár. Dán. Dáár dient de unief voor. En al zeker een opleiding aan de Blandijn. Om uw werkzaam bestaan vier jaar uit te stellen. En liefst nog wat meer – vandaar mijn doctoraat overigens. Niet om uw broek te verslijten. Toen ik prof werd, maakte ik er een gewoonte van om er tijdens het examen één uit te kiezen – liefst een seutje – waarvan ik wist dat ze onzeker was over haar eerste jaar unief, en die mijn syllabus wellicht beter kende dan ikzelf, ostentatief over haar schouder te leunen, tot mijn grote afgrijzen vast te stellen dat het weer magistraal was, afkeurend ‘tututu’ te mompelen en zonder verder iets te zeggen voort te wandelen. De kleine pleziertjes, he. (lange stilte) Weet je, het is één ding om te moeten constateren dat de generatie na jou achterlijker, lelijker en vuiler is dan de jouwe. Dat is van alle tijden. Maar wat pas echt verschrikkelijk is, is te moeten merken dat je op straat vies wordt aangekeken door de fitte, politiek correcte, leverroze en glutenvrije jeugd van vandaag. Enfin. Dat het hen blij moge maken. Vincke weet wanneer zijn tijd voorbij is. (steekt sigaret op) ’t Is mooi geweest.”

0
Gemiddeld: 5 (4 stemmen)

Reactie toevoegen