Brandhaard in Nicaragua

De protesten: drie dozijn doden later

Nicaragua is een klein land gelegen in Midden-Amerika, waar de Belgische student maar zelden aan denkt. Toch haalde het land recent het internationale nieuws met gewelddadige protesten. Wat is er precies aan de hand in het land van meren en vulkanen?

Foto Jorge Torres

Nicaragua is niet bang voor een beetje tumult: het land heeft een geschiedenis van protesten en revoluties. Zo is de huidige president, Daniel Ortega, nog altijd lid van de ‘Frente Sandinista de Liberación Nacional’, of FSLN als je niet zo houdt van lange Spaanse namen. Die FSLN is een revolutionaire sociaaldemocratische partij die werd opgericht bij wijze van verzet tegen de oude dictator Somoza.

De dictator is nu echter al zo’n veertig jaar dood en van veel revolutionair gedachtegoed is er bij de Sandinistas geen sprake meer. Dat werd maar al te duidelijk toen de regering besloot op gewelddadige wijze studentenprotesten te onderdrukken. Hoe kon het zo ver komen?

The Day After the Revolution

Foto No pasa nada

Tijdens de protesten vergeleken manifesterende Nicaraguanen huidig president Ortega vaak met voormalig Nicaraguaans leider Somoza. Daniel Ortega kwam aan het einde van de jaren 70 immers zelf aan de macht na een burgeroorlog, waarbij zijn Sandinistische partij (vernoemd naar een Nicaraguaans verzetsleider uit de jaren 30) de zittende president van de macht verjaagde. De familie Somoza voerde gedurende ruim veertig jaar een schrikbewind. In 1979 vormde Ortega's FSLN een zogenaamde junta met politici ter linker- en rechterzijde. In 1984 volgden presidentiële verkiezingen, waarna de junta opgedoekt werd. Ortega werd in januari 1985 president van Nicaragua. In 1990 kwamen de Sandinistas in de oppositie terecht, maar sinds 2007 is Ortega er opnieuw president.

De voormalige vicepresident, Sergio Ramirez, liet zich recent ook kritisch uit over het bewind van Ortega. “De afgelopen dagen werden Nicaraguanen gedood op straat, terwijl ze voor democratie en gerechtigheid protesteren. Ze willen dat Nicaragua opnieuw een republiek is”, zei Ramirez in The Financial Times over de protestacties van de afgelopen week. 

'Wie is dan de huidige vicepresident?' vraag je je misschien af. Ortega's vrouw, Rosario Murillo, die niet zo geliefd is bij het volk. Volgens een lokale protestleider minimaliseert ze de protestacties. Zo noemde ze de protesterende Nicaraguanen vandalen van de rechtervleugel. Murillo schreef de teksten van de campagneliederen van de Sandinisten, bepaalt de dresscode van de partij en liet in 2015 meer dan 100 lichtgevende metalen bomen bouwen in de stad. Deze “levensbomen” of Arboles de la vida moesten het nationale symbool van Nicaragua worden, maar botsten al vroeg op heel wat kritiek: de kostprijs was ongeveer drie miljoen euro, en de elektriciteit die de bomen van licht voorziet kost jaarlijks ook ruim een miljoen. Tijdens de protestacties van de afgelopen weken werden meerdere van de bomen door manifestanten neergehaald.

De vonk in het vat

Ortega

De Nicaraguanen zijn dus wel gewend aan de nodige portie autocratie, maar wat deed de emmer dan juist op dit ogenblik overlopen? In dit verhaal was de vonk die het kruitvat deed ontbranden ook een letterlijke vonk: sinds januari heeft het land te kampen met hevige bosbranden die zich ondertussen verspreid hebben over het zuiden en westen van het land. De regering weigerde echter om haar eigen volk te hulp te schieten of om buurland Costa Rica humanitaire hulp te laten bieden. Toen in het begin van april het vuur Indio Maíz, een beschermd natuurgebied, bereikte, was de maat vol.

Op 9 april kwamen de studenten voor de eerste keer op straat om te protesteren tegen de inactie van de regering en om hun algemene frustratie over het bewind tot uiting te brengen. Een dag later zendt de regering echter al de ‘Juventud Sandinista’ uit. Deze groep wordt naar verluidt wel vaker gebruikt om protesten de kop in te drukken. Op enkele kleinere protestacties na leek op dit moment de strijd tussen student en regering gestreden, tot de regering op 16 april besloot om onverwacht de sociale zekerheid te hervormen.

De onpopulaire hervormingen, die er gekomen zijn als poging om de oplopende staatsschuld van het land het hoofd te bieden, eisen dat de Nicaraguanen een hogere maandelijkse bijdrage leveren en de pensioenen met zo’n 5 procent verlaagd  worden. Op 18 april kwamen de studenten voor de eerste keer gezamenlijk op straat om te protesteren tegen het voorstel en begonnen ze de levensbomen neer te halen, als een symbool van hun protest. Vanaf dat moment kwamen de acties in een stroomversnelling.

Zwijgen als een graf

Het duurde niet lang voordat de eerste dode viel tijdens één van de confrontaties tussen de protestanten en de troepen van de regering, een student genaamd Darwin Manuel Urbina. Sindsdien zijn er langs beide kanten van het conflict al zo’n drie dozijn doden gevallen, een cijfer dat dagelijks grotere proporties aanneemt. Intussen werd zelfs een journalist gedood tijdens een livestream op Facebook.

"Nicaragua heeft geen échte oppositiepartijen"

Opvallend is dat el presidente het pas na vier dagen nodig achtte zijn volk toe te spreken. Volgens sommige theorieën zou dat zijn omdat de zeventigjarige de laatste jaren zwaar te kampen heeft met zijn gezondheid. In zijn vertraagde speech sprak de vader van de revolutie zijn land erg traag toe en noemde hij de protestanten extreemrechtse terroristen, een claim die later herhaald zou worden in de media, die overigens op één na allemaal in het bezit zijn van de familie Ortega. Ook zwijgen diezelfde media in alle talen over de oplopende hoeveelheid gevangenen die gearresteerd werden tijdens de opstand.

Volgens Kelvik Pineda, een Nicaraguaanse student die nu aan de UGent studeert, heeft dat monopolie op nieuws tot veel misinformatie geleid: “Toen dit allemaal begon, heb ik vooral geprobeerd nauw contact te houden met mijn vrienden in Nicaragua. Ik heb nog gestudeerd aan de universiteit die nu het centrum van de protesten vormt, dus veel van mijn vrienden zitten middenin het conflict. Aangezien Ortega bijna alle media bezit, werden mijn vrienden al gauw geconfronteerd met veel fake news. Daarom heb ik, samen met een paar andere Nicaraguanen die hier in Europa studeren, besloten om te proberen de protesten van hieruit mee te coördineren. Wij proberen vooral informatie te verzamelen waar zij geen toegang meer tot hebben, en op die manier het protest in kaart te brengen.”

El pueblo unido

Kelvik vertelt ons dat dit soort protesten niet nieuw zijn in zijn geboorteland: “Toen ik nog in Nicaragua leefde, waren er protesten tegen de regering omdat die al eens beslist hadden een groot deel van de pensioenen te schrappen. De demonstranten bestonden eerst uitsluitend uit gepensioneerden, maar een paar studenten, onder wie ikzelf, besloten om die mensen te gaan steunen. Die dag heeft de politie ook met harde hand opgetreden. 's Avonds besloten enkele troepen wraak te nemen op ons door onze auto’s te stelen en enkele mensen te slaan. En dat gebeurde allemaal voor de ogen van politieagenten, dus die konden we al niet om hulp gaan vragen. Ik was doodsbang en wou mijn verhaal niet in de pers doen, aangezien onze motieven al eerder verdraaid werden in de media. We stonden machteloos.”

"We staan er alleen voor""

Kelviks verhaal lijkt zeer sterk op de huidige situatie in het land; ook nu zijn er meerdere getuigenissen van mensen die bestolen werden door soldaten en het oplopende dodental spreekt boekdelen. Is er nog wel een kans op verandering? Kelvik is sceptisch: “Op dit moment zijn er onderhandelingen tussen de regering en de demonstranten met de kerk als derde partij. Enkele kerken hebben hun deuren tijdens de protesten opengezet voor gewonden en de macht van de katholieke kerk is er één die zelfs Ortega moet respecteren. Die onderhandelingen worden echter gedomineerd door de regering en de enige eisen van de studenten zijn dat de mensen die gevangen zijn genomen tijdens de protesten worden vrijgelaten.”

“Nicaragua heeft echter geen échte oppositiepartijen", vult Kelvik aan. “Daarom zie je ook geen politieke vlaggen op onze betogingen. We staan er alleen voor, zonder politieke of juridische hulp. En de weinigen die proberen te helpen worden meestal vermoord, zoals de journalist Ángel Gahona die om het leven kwam toen hij een reportage probeerde te maken over de protesten.” Hij sluit zijn betoog toch af met een positieve noot. “Ortega is ondertussen al zeventig en velen zeggen dat het steeds slechter gaat met zijn gezondheid. Met een beetje geluk geeft hij er snel de brui aan. De Ortega’s hebben in de afgelopen elf jaar de staat zo gestructureerd dat enkel zij alle macht hebben. In dat proces hebben ze een hoop vijanden gemaakt. Geen enkele van de presidentskinderen is oud genoeg om hun vaders rol over te nemen en zijn vrouw wordt gehaat door het volk. De toekomst ziet er niet zo rooskleurig uit voor de Ortega's.”

0
Gemiddeld: 2 (1 stem)

Reactie toevoegen